WAK:Groep6: verschil tussen versies

Uit woorden.wiki.kennisnet.nl
Ga naar:navigatie, zoeken
(Vroeger)
Regel 34: Regel 34:
 
de opstand
 
de opstand
 
de ramp
 
de ramp
de rechtbank
+
[[de rechtbank]]
 
de rechter
 
de rechter
 
de roversbende
 
de roversbende
Regel 41: Regel 41:
 
de vorst
 
de vorst
 
de wereldbevolking
 
de wereldbevolking
het bestuur
+
[[het bestuur]]
 
het fort
 
het fort
 
het identiteitsbewijs
 
het identiteitsbewijs
Regel 56: Regel 56:
 
bestrijden - bestreed - bestreden
 
bestrijden - bestreed - bestreden
 
bezetten - bezette - bezet
 
bezetten - bezette - bezet
demonstreren - demonstreerde - gedemonstreerd
+
[[demonstreren - demonstreerde - gedemonstreerd]]
 
doodschieten - schoot dood - doodgeschoten
 
doodschieten - schoot dood - doodgeschoten
 
doorzoeken - doorzocht - doorzocht
 
doorzoeken - doorzocht - doorzocht
exploderen - explodeerde - geëxplodeerd
+
exploderen - explodeerde - geëxplodeerd
 
leiden - leidde - geleid (besturen)
 
leiden - leidde - geleid (besturen)
 
ondertekenen - ondertekende - ondertekend
 
ondertekenen - ondertekende - ondertekend
 
oorlogvoeren - voerde oorlog - oorloggevoerd
 
oorlogvoeren - voerde oorlog - oorloggevoerd
 
opsporen - spoorde op - opgespoord
 
opsporen - spoorde op - opgespoord
protesteren - protesteerde - geprotesteerd
+
[[protesteren - protesteerde - geprotesteerd]]
 
tekenen - tekende - getekend (handtekening)
 
tekenen - tekende - getekend (handtekening)
 
verdrijven - verdreef - verdreven
 
verdrijven - verdreef - verdreven
Regel 74: Regel 74:
 
Europees
 
Europees
 
gevangen
 
gevangen
internationaal
+
[[internationaal]]
nationaal
+
[[nationaal]]
 
spoorloos
 
spoorloos
 
verplicht
 
verplicht
Regel 88: Regel 88:
 
op de vlucht slaan
 
op de vlucht slaan
 
verboden toegang
 
verboden toegang
.
 
  
 
==Bewegen, sport en spel==
 
==Bewegen, sport en spel==
Regel 144: Regel 143:
 
de score bijhouden
 
de score bijhouden
 
zich ergens voor opgeven
 
zich ergens voor opgeven
.
 
  
 
==Dieren==
 
==Dieren==
Regel 172: Regel 170:
 
de ooi
 
de ooi
 
de paling
 
de paling
de planteneter
+
[[de planteneter]]
 
de ram
 
de ram
 
de reiger
 
de reiger
Regel 184: Regel 182:
 
de specht
 
de specht
 
de teef (vrouwtje)
 
de teef (vrouwtje)
de vleeseter
+
[[de vleeseter]]
 
de voortplanting
 
de voortplanting
 
de welp (jong)
 
de welp (jong)
Regel 206: Regel 204:
 
voortplanten - plantte voort - voortgeplant
 
voortplanten - plantte voort - voortgeplant
 
bedreigd
 
bedreigd
.
 
  
 
==Eten en drinken==
 
==Eten en drinken==
Regel 385: Regel 382:
 
zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens
 
zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens
 
zwart van de mensen zien
 
zwart van de mensen zien
.
 
  
 
==Gedrag en gevoelens==
 
==Gedrag en gevoelens==
Regel 553: Regel 549:
 
zich iets kunnen voorstellen
 
zich iets kunnen voorstellen
 
zich niet van de wijs laten brengen
 
zich niet van de wijs laten brengen
.
 
  
 
==Geld en winkelen==
 
==Geld en winkelen==
Regel 563: Regel 558:
 
de financiën
 
de financiën
 
de invoering
 
de invoering
de juwelier
+
[[de juwelier]]
 
de kluis
 
de kluis
 
de marktkoopman
 
de marktkoopman
Regel 580: Regel 575:
 
het antiek
 
het antiek
 
het lootje
 
het lootje
het product
+
[[het product]]
het statiegeld
+
[[het statiegeld]]
 
aanreiken - reikte aan - aangereikt
 
aanreiken - reikte aan - aangereikt
 
aanschaffen - schafte aan - aangeschaft
 
aanschaffen - schafte aan - aangeschaft
Regel 596: Regel 591:
 
de kost verdienen
 
de kost verdienen
 
een nummertje trekken
 
een nummertje trekken
.
 
  
 
==Geloof==
 
==Geloof==
Regel 608: Regel 602:
 
de hel
 
de hel
 
de hemel
 
de hemel
de hindoe
+
[[de hindoe]]
 
de imam
 
de imam
de islam
+
[[de islam]]
de kapel
+
[[de kapel
de kardinaal
+
de kardinaal]]
de kathedraal
+
[[de kathedraal]]
de Koran
+
[[de Koran]]
 
de minaret
 
de minaret
 
de monnik - non
 
de monnik - non
de moslim
+
[[de moslim]]
 
de pastoor
 
de pastoor
 
de pelgrim
 
de pelgrim
Regel 624: Regel 618:
 
de rabbijn / rabbi
 
de rabbijn / rabbi
 
de ramadan
 
de ramadan
de religie
+
[[de religie]]
de synagoge
+
[[de synagoge]]
de tempel
+
[[de tempel]]
 
het altaar
 
het altaar
het boeddhisme
+
[[het boeddhisme]]
het christendom
+
[[het christendom]]
 
het gebed
 
het gebed
 
het hiernamaals
 
het hiernamaals
 
het hindoeïsme
 
het hindoeïsme
het Jodendom
+
[[het Jodendom]]
het klooster
+
[[het klooster]]
 
het lot
 
het lot
 
het offer
 
het offer
Regel 640: Regel 634:
 
offeren - offerde - geofferd
 
offeren - offerde - geofferd
 
vasten - vastte - gevast
 
vasten - vastte - gevast
Allah
+
[[Allah]]
Boeddha
+
[[Boeddha]]
Christus
+
[[Christus]]
 
islamitisch
 
islamitisch
Jezus
+
[[Jezus]]
joods
+
[[joods]]
 
katholiek
 
katholiek
 
plechtig
 
plechtig
 
protestants
 
protestants
.
 
  
 
==Informatie==
 
==Informatie==
Regel 711: Regel 704:
 
==Kunst==
 
==Kunst==
 
de beeldende kunst
 
de beeldende kunst
de beeldhouwer
+
[[de beeldhouwer]]
 
de collage
 
de collage
 
de duisternis
 
de duisternis
 
de gloed
 
de gloed
de inspiratie *
+
[[de inspiratie]]
 
de lichtbron
 
de lichtbron
 
de muurschildering
 
de muurschildering
Regel 738: Regel 731:
 
het mozaïek
 
het mozaïek
 
het museumbezoek
 
het museumbezoek
het palet
+
[[het palet]]
 
het perspectief (diepte)
 
het perspectief (diepte)
 
het profiel
 
het profiel
Regel 760: Regel 753:
 
verfraaien - verfraaide - verfraaid
 
verfraaien - verfraaide - verfraaid
 
verlichten - verlichtte - verlicht
 
verlichten - verlichtte - verlicht
abstract
+
[[abstract]]
 
artistiek
 
artistiek
 
egaal
 
egaal
Regel 773: Regel 766:
 
geen hand voor ogen zien
 
geen hand voor ogen zien
 
met de hand
 
met de hand
.
 
  
 
==Lastige woorden==
 
==Lastige woorden==
Regel 781: Regel 773:
 
afscheidelijk
 
afscheidelijk
 
alsmaar
 
alsmaar
amper
+
[[amper]]
 
bepaald
 
bepaald
 
bijbehorend
 
bijbehorend
Regel 791: Regel 783:
 
eveneens
 
eveneens
 
evengoed
 
evengoed
figuurlijk
+
[[figuurlijk]]
 
hoogst
 
hoogst
 
immers
 
immers
Regel 798: Regel 790:
 
kennelijk
 
kennelijk
 
kortom
 
kortom
letterlijk
+
[[letterlijk]]
 
maximaal
 
maximaal
 
minimaal
 
minimaal
Regel 848: Regel 840:
 
de fysiotherapie
 
de fysiotherapie
 
de gedaante
 
de gedaante
de gehandicapte
+
[[de gehandicapte]]
de handicap
+
[[de handicap]]
 
de inrichting
 
de inrichting
 
de koorts
 
de koorts
Regel 868: Regel 860:
 
de schedel
 
de schedel
 
de schilfer
 
de schilfer
de slokdarm
+
[[de slokdarm]]
 
de tissue
 
de tissue
 
de toiletspullen
 
de toiletspullen
Regel 878: Regel 870:
 
de wervel
 
de wervel
 
de wimper
 
de wimper
de zwangerschap
+
[[de zwangerschap]]
 
de/het figuur
 
de/het figuur
 
de/het tablet
 
de/het tablet
Regel 893: Regel 885:
 
het vocht
 
het vocht
 
baden - baadde - gebaad
 
baden - baadde - gebaad
brabbelen - brabbelde - gebrabbeld
+
[[brabbelen - brabbelde - gebrabbeld]]
 
herstellen - herstelde - hersteld
 
herstellen - herstelde - hersteld
 
insmeren - smeerde in - ingesmeerd
 
insmeren - smeerde in - ingesmeerd
Regel 903: Regel 895:
 
schokken - schokte - geschokte (beweging)
 
schokken - schokte - geschokte (beweging)
 
slissen - sliste - geslist
 
slissen - sliste - geslist
stotteren - stotterde - gestotterd
+
[[stotteren - stotterde - gestotterd]]
 
uitglijden - gleed uit - uitgegleden
 
uitglijden - gleed uit - uitgegleden
 
verlammen - verlamde - verlamd
 
verlammen - verlamde - verlamd
Regel 911: Regel 903:
 
bezweet
 
bezweet
 
bloederig
 
bloederig
gehandicapt
+
[[gehandicapt]]
 
kwiek
 
kwiek
 
misvormd
 
misvormd
 
schraal
 
schraal
zwanger
+
[[zwanger]]
 
een snotneus hebben
 
een snotneus hebben
 
in je neus pulken
 
in je neus pulken
Regel 922: Regel 914:
 
verlamd zijn
 
verlamd zijn
 
zijn neus ophalen (verkoudheid)
 
zijn neus ophalen (verkoudheid)
.
 
  
 
==Maken en materialen==
 
==Maken en materialen==
de architect
+
[[de architect]]
 
de beugel
 
de beugel
 
de bout
 
de bout
de bouwmaterialen
+
[[de bouwmaterialen]]
 
de bouwtechniek
 
de bouwtechniek
 
de bundel
 
de bundel
Regel 944: Regel 935:
 
de rolmaat
 
de rolmaat
 
de schakel
 
de schakel
de smid - smeden
+
[[de smid - smeden]]
 
de stoommachine
 
de stoommachine
 
de storing
 
de storing
Regel 953: Regel 944:
 
het klusje
 
het klusje
 
het koper
 
het koper
het marmer
+
[[het marmer]]
 
het model
 
het model
 
het naaigaren
 
het naaigaren
Regel 982: Regel 973:
 
bezaaid met
 
bezaaid met
 
strak spannen
 
strak spannen
.
 
  
 
==Media==
 
==Media==
Regel 1.014: Regel 1.004:
 
de hoofdrol spelen
 
de hoofdrol spelen
 
een ster zijn
 
een ster zijn
.
 
  
 
==Meten en wegen==
 
==Meten en wegen==
Regel 1.034: Regel 1.023:
 
een stuk of
 
een stuk of
 
in totaal
 
in totaal
.
 
  
 
==Milieu==
 
==Milieu==
 
de chemokar
 
de chemokar
 
de gft-container
 
de gft-container
de groene stroom
+
[[de groene stroom]]
de luchtvervuiling
+
[[de luchtvervuiling]]
de rookwolk
+
[[de rookwolk]]
 
de rotzooi
 
de rotzooi
 
de spuitbus
 
de spuitbus
de steenkool
+
[[de steenkool]]
 
de uitstoot
 
de uitstoot
de windmolen
+
[[de windmolen]]
 
het chemisch afval
 
het chemisch afval
 
het restafval
 
het restafval
Regel 1.059: Regel 1.047:
 
afval scheiden
 
afval scheiden
 
de opwarming van de aarde
 
de opwarming van de aarde
.
 
  
 
==Muziek en geluid==
 
==Muziek en geluid==
Regel 1.090: Regel 1.077:
 
de bamboe
 
de bamboe
 
de bloemen *
 
de bloemen *
de delfstof
+
[[de delfstof]]
 
de druk *
 
de druk *
 
de duintop
 
de duintop
de evenaar
+
[[de evenaar]]
 
de gewichtsloosheid *
 
de gewichtsloosheid *
 
de graspol
 
de graspol
Regel 1.100: Regel 1.087:
 
de grondsoort
 
de grondsoort
 
de grondstof
 
de grondstof
de hei
+
[[de hei]]
 
de hoogteligging
 
de hoogteligging
 
de humus
 
de humus
 
de insecten *
 
de insecten *
de kalk
+
[[de kalk]]
 
de kikkervisjes *
 
de kikkervisjes *
de kleigrond *
+
[[de kleigrond]] *
 
de knol *
 
de knol *
 
de kringloop
 
de kringloop
 
de kruiden *
 
de kruiden *
 
de lancering *
 
de lancering *
De Landbouw *
+
De Landbouw  
 
de loofboom
 
de loofboom
de mineralen
+
[[de mineralen]]
 
de naaldboom
 
de naaldboom
 
de planeten *
 
de planeten *
 
de regen *
 
de regen *
de savanne
+
[[de savanne]]
 
de schimmel
 
de schimmel
de steppe
+
[[de steppe]]
de toendra
+
[de toendra]]
de tropen
+
[[de tropen]]
de turf
+
[[de turf]]
de verschuiving
+
[[de verschuiving]]
 
de vliegenzwam
 
de vliegenzwam
 
de wortelkluit
 
de wortelkluit
Regel 1.134: Regel 1.121:
 
het heuvellandschap
 
het heuvellandschap
 
het ISS *
 
het ISS *
het mineraal
+
[[het mineraal]]
 
het naaldwoud
 
het naaldwoud
 
het nest *
 
het nest *
Regel 1.140: Regel 1.127:
 
het stiltegebied
 
het stiltegebied
 
het suikerriet
 
het suikerriet
het veen
+
[[het veen]]
 
het water *
 
het water *
 
het zandlandschap
 
het zandlandschap
Regel 1.157: Regel 1.144:
 
bergachtig
 
bergachtig
 
traceren *
 
traceren *
.
 
  
 
==Omgang==
 
==Omgang==
Regel 1.178: Regel 1.164:
 
bijleggen - legde bij - bijgelegd
 
bijleggen - legde bij - bijgelegd
 
bijvallen - viel bij - bijgevallen
 
bijvallen - viel bij - bijgevallen
discrimineren - discrimineerde - gediscrimineerd
+
[[discrimineren - discrimineerde - gediscrimineerd]]
 
foeteren - foeterde - gefoeterd
 
foeteren - foeterde - gefoeterd
 
geruststellen - stelde gerust - gerustgesteld
 
geruststellen - stelde gerust - gerustgesteld
Regel 1.217: Regel 1.203:
  
 
==Reizen==
 
==Reizen==
de accommodatie
+
[[de accommodatie]]
 
de bestemming
 
de bestemming
 
de dagtocht
 
de dagtocht
de excursie
+
[[de excursie]]
 
de helling
 
de helling
 
de karavaan
 
de karavaan
Regel 1.244: Regel 1.230:
 
in trek zijn
 
in trek zijn
 
op kamp gaan
 
op kamp gaan
.
 
  
 
==Richting==
 
==Richting==
Regel 1.269: Regel 1.254:
 
in zicht zijn
 
in zicht zijn
 
op ooghoogte
 
op ooghoogte
.
 
  
 
==School==
 
==School==
Regel 1.275: Regel 1.259:
 
de bespreking
 
de bespreking
 
de breedtegraad
 
de breedtegraad
de breuk
+
[[de breuk]]
 
de centiliter
 
de centiliter
 
de deciliter
 
de deciliter
Regel 1.491: Regel 1.475:
 
de bezienswaardigheid - bezienswaardigheden
 
de bezienswaardigheid - bezienswaardigheden
 
de bezigheid - bezigheden
 
de bezigheid - bezigheden
de fanfare
+
[[de fanfare]]
 
de fuif
 
de fuif
 
de gegadigde
 
de gegadigde
Regel 1.497: Regel 1.481:
 
de grabbelton
 
de grabbelton
 
de mascotte *
 
de mascotte *
de optocht
+
[[de optocht]]
de polonaise
+
[[de polonaise]]
 
de receptie
 
de receptie
 
de recreatie
 
de recreatie
Regel 1.506: Regel 1.490:
 
het aardigheidje
 
het aardigheidje
 
het amusement
 
het amusement
het carnaval
+
[[het carnaval]]
het evenement
+
[[het evenement]]
 
het festival
 
het festival
 
het gezelschap (groep mensen)
 
het gezelschap (groep mensen)
 
het jubileum - jubileums - jubilea
 
het jubileum - jubileums - jubilea
het kostuum
+
[[het kostuum]]
 
het optreden
 
het optreden
 
het schoolfeest
 
het schoolfeest
Regel 1.520: Regel 1.504:
 
stappen - stapte - gestapt (uitgaan)
 
stappen - stapte - gestapt (uitgaan)
 
op visite gaan
 
op visite gaan
.
 
  
 
==Vervoer==
 
==Vervoer==
Regel 1.529: Regel 1.512:
 
de brandstoftank
 
de brandstoftank
 
de bumper
 
de bumper
de claxon
+
[[de claxon]]
 
de dode hoek
 
de dode hoek
 
de garagehouder
 
de garagehouder
de ijzel
+
[[de ijzel]]
 
de jachthaven
 
de jachthaven
 
de jeep
 
de jeep
Regel 1.579: Regel 1.562:
 
ergens tegen aan knallen
 
ergens tegen aan knallen
 
tweede klas reizen
 
tweede klas reizen
.
 
  
 
==Wat vinden we ervan?==
 
==Wat vinden we ervan?==
 
+
de gekkigheid
 
+
de narigheid
 +
de zin (nut)
 +
het nut
 +
accepteren - accepteerde - geaccepteerd
 +
afhangen van - hing af - afgehangen
 +
beoordelen - beoordeelde - beoordeeld
 +
goedkeuren - keurde goed - goedgekeurd
 +
aardig (vb. aardig groot)
 +
absurd
 +
afwijkend
 +
algemeen
 +
angstaanjagend
 +
apart
 +
avontuurlijk
 +
beeldschoon
 +
beestachtig
 +
begrijpelijk
 +
behaaglijk
 +
bekend
 +
betekenisloos
 +
betrouwbaar
 +
debiel
 +
duister
 +
eentonig
 +
ernstig
 +
fatsoenlijk
 +
favoriet
 +
fraai
 +
gastvrij
 +
geheel (vb. geheel onjuist)
 +
geschikt
 +
gezet
 +
goedaardig
 +
gunstig
 +
hoopvol
 +
hopeloos
 +
hulpeloos
 +
ijzig (koud)
 +
intens
 +
kostelijk
 +
kunstig
 +
kwaadaardig
 +
loodzwaar
 +
modern
 +
nauwkeurig
 +
nogal
 +
noodzakelijk
 +
nuttig
 +
onduidelijk
 +
ongeschikt
 +
onsmakelijk
 +
ouderwets
 +
passend
 +
precies
 +
puur
 +
roekeloos
 +
romantisch
 +
rottig
 +
rumoerig
 +
schadelijk
 +
slijmerig
 +
sneu
 +
snoezig
 +
snugger
 +
sober
 +
speciaal
 +
[[spontaan]]
 +
sprekend
 +
statig
 +
taai
 +
terecht
 +
typisch
 +
[[uitgelaten]]
 +
uitvoerig
 +
verfrommeld
 +
vlot
 +
volkomen (vb. volkomen onjuist)
 +
werkelijk
 +
wonderlijk
 +
zinloos
 +
zuiver
 +
zwijgzaam
 +
iets terecht vinden
 +
van iets op de hoogte zijn
  
 
==Water==
 
==Water==
 
+
de brandspuit
 +
de delta
 +
de deltawerkende oceaan
 +
de scheepswerf
 +
de sluis
 +
de stormvloedkering
 +
de vaste stof
 +
de vloeistof
 +
de waterkering
 +
de watersnoodramp
 +
de waterstand
 +
de winterdijk
 +
de zeearm
 +
de zomerdijk
 +
het aquaducthet deltaplan
 +
het kookpunt
 +
het oppervlaktewater
 +
binden - bond - gebonden (vloeistof)
 +
[[condenseren - condenseerde - gecondenseerd]]
 +
spetteren - spetterde - gespetterd
 +
stollen - stolde - gestold
 +
vastvriezen - vroor vast - vastgevroren
 +
vriezen - vroor - gevroren
 +
bakboord
 +
stuurboord
  
 
==Werken en Beroepen==
 
==Werken en Beroepen==
 
+
de beroepsgroep
 +
de collega - collega's
 +
de dagloner
 +
de dienst
 +
de functie
 +
de leiding
 +
de loondienst
 +
de onderneming
 +
de organisatie
 +
de specialiteit
 +
de stage
 +
de stagiaire
 +
de staking
 +
de stichting
 +
de vakbond
 +
de vergadering
 +
de voorzitter - voorzitster
 +
de vrijwilliger
 +
de werktijd
 +
het dagloon
 +
het specialisme
 +
het uurloon
 +
organiseren - organiseerde - georganiseerd
 +
ploeteren - ploeterde - geploeterd
 +
staken - staakte - gestaakt
 +
stichten - stichtte - gesticht
 +
voorzitten - zat voor - voorgezeten
 +
dienst hebben
 +
van aanpakken weten
  
 
==Wonen==
 
==Wonen==
 +
de achterkamer
 +
de adviseur - adviseuse
 +
de arbeiderswoning
 +
de armoede
 +
de binnenplaats
 +
de bliksemafleider
 +
de buitenwijk
 +
de divan
 +
de droger
 +
de elektrische lading
 +
de flatwijk
 +
de hoofdingang
 +
de hovenier
 +
de huisbaas
 +
de huisregels
 +
de huur
 +
de huurder
 +
[[de hypotheek]]
 +
de kamerplant
 +
de kandelaar
 +
de klapstoel
 +
de kunstbloem
 +
[[de makelaar]]
 +
de nieuwbouwwijk
 +
de nok
 +
de omheining
 +
de radiator
 +
de Randstad
 +
de schotelantenne
 +
de schuifwand
 +
de servicekosten
 +
de steeg
 +
de stofwolk
 +
de stroomstoring
 +
[[de taxatie]]
 +
de uitschuifladder
 +
[[de vrijstaande woning]]
 +
de wirwar
 +
de woningbouwcorporatie
 +
de zonwering
 +
de zuil (pilaar)
 +
het afdak
 +
[[het appartement]]
 +
het gif
 +
[[het huurhuis]]
 +
[[et koophuis]]
 +
het ongedierte
 +
het prikkeldraad
 +
[[het rijtjeshuis]]
 +
het tegelpad
 +
het terrein
 +
het voetstuk
 +
het woonerf
 +
het zonnescherm
 +
binnengaan - ging binnen - binnengegaan
 +
binnenlaten - liet binnen - binnengelaten
 +
binnenstappen - stapte binnen - binnengestapt
 +
binnentreden - trad binnen - binnengetreden
 +
dichtdoen - deed dicht - dichtgedaan
 +
huren - huurde - gehuurd
 +
ingaan - ging in - ingegaan
 +
inrichten - richtte in - ingericht
 +
intrekken - trok in - ingetrokken
 +
reinigen - reinigde - gereinigd
 +
toelaten - liet toe - toegelaten (binnenlaten)
 +
verpotten - verpotte - verpot
 +
overdekt
 +
[[twee onder één kap]]
 +
[[vrijstaand]]
 +
bij iemand inlopen
 +
onderdak hebben
 +
onderdak vinden
 +
zich ergens vestigen
 +
.

Versie van 26 jun 2012 om 20:41

Verzameling van de Wakwoorden op thema en groep. Terug naar portaal Vierwindstreken klik hier

Bestuur en gezag

de bende de beschrijving de bevinding de boodschapper de brandstichting de controle de cultuur de defensie de demonstratie de Europese gemeenschap de gedragsregel de handtekening de identiteitskaart de kinderarbeid de kindertelefoon de kogelhuls de landmacht de leider de lijfstraf de luchtmacht de maatregel de marechaussee de marinier de militair de misdrijf de mishandeling de muiterij de nooduitgang de onderzeeër de onderzeeboot de opstand de ramp de rechtbank de rechter de roversbende de samenleving de spion de vorst de wereldbevolking het bestuur het fort het identiteitsbewijs het kenmerk het kenteken het mitrailleur het noodplan het paspoort het protest het rijbewijs aangeven - gaf aan - aangegeven (politie) afschaffen - schafte af - afgeschaft afvuren - vuurde af - afgevuurd bestrijden - bestreed - bestreden bezetten - bezette - bezet demonstreren - demonstreerde - gedemonstreerd doodschieten - schoot dood - doodgeschoten doorzoeken - doorzocht - doorzocht exploderen - explodeerde - geëxplodeerd leiden - leidde - geleid (besturen) ondertekenen - ondertekende - ondertekend oorlogvoeren - voerde oorlog - oorloggevoerd opsporen - spoorde op - opgespoord protesteren - protesteerde - geprotesteerd tekenen - tekende - getekend (handtekening) verdrijven - verdreef - verdreven verstoren - verstoorde - verstoord wegtrekken - trok weg - weggetrokken wegvluchten - vluchtte weg - weggevlucht zich verdedigen - verdedigde - verdedigd dodelijk Europees gevangen internationaal nationaal spoorloos verplicht vrijblijvend wereldwijd een handtekening zetten ergens tegen optreden iemand in zijn kraag grijpen iemand uitschakelen in actie komen in beslag nemen op de vlucht slaan verboden toegang

Bewegen, sport en spel

de aanraking de afleiding de arena - arena's de beker (prijs) de conditie de corner de crossfiets de deelname de finish de hoekschop de intekenlijst de kunstijsbaan de mountainbike de penalty de radslag de score de speurtocht de stick de supporter de thuiswedstrijd de triomf de turnclub de zet (duw) de zijlijn het clublid het racket drentelen - drentelde - gedrenteld finishen - finishte - gefinisht heffen - hief - geheven (optillen) hijsen - hees - gehesen (optillen) jongleren - jongleerde - gejongleerd loslaten - liet los - losgelaten masseren - masseerde - gemasseerd opstellen - stelde op - opgesteld (team) plaatsen - plaatste - geplaatst ravotten - ravotte - geravot scoren - scoorde - gescoord skaten - skatete - geskatet stoeien - stoeide - gestoeid surfen - surfte - gesurft tuimelen - tuimelde - getuimeld voorbijflitsen - flitste voorbij - voorbijgeflitst voorbijschieten - schoot voorbij - voorbijgeschoten waterskiën - waterskiede - gewaterskied werpen - wierp - geworpen zich aanmelden - meldde aan - aangemeld zich verroeren - verroerde - verroerd actief hands wijdbeens de armen uitslaan de score bijhouden zich ergens voor opgeven

Dieren

de aaseter de alleseter de baars de beer (mannetje) de bevruchting de bot (vis) de buidel (kangoeroe) de cocon de dierenbescherming de draagtijd de fokker de forel de haring de hen de hengst (mannetje) de kabeljauw de karper de keutel de kreeft de kudde de makreel de merrie (vrouwtje) de oester de ooi de paling de planteneter de ram de reiger de reu (mannetje) de roedel de sardine / sardien de schol de slagtand de snoek de snorhaar de specht de teef (vrouwtje) de vleeseter de voortplanting de welp (jong) de zalm de zeug (vrouwtje) het asiel het eitje het hoefdier het lastdier het rijdier het schelpdier het trekdier het veulen (jong) het weekdier fokken - fokte - gefokt houden - hield - gehouden inslapen - sliep in - ingeslapen krioelen - krioelde - gekrioeld kwetteren - kwetterde - gekwetterd (vogels) uitbreken - brak uit - uitgebroken voortplanten - plantte voort - voortgeplant bedreigd

Eten en drinken

de afhaalmaaltijd de azijn de cafetaria - cafetaria's de consumptie de couscous de cracker de dipsaus de friettent de frituurpan de gist de ijssalon de kaasschaaf de kant-en-klaarmaaltijd de knoflook de korst de lekkernij de mosterd de noedels de olijf de olijfolie de omelet de pizzeria - pizzeria's de pompoen de rauwkost de salade de snackbar de snijplank de traktatie de walm de witlof de zeef de zonnebloemolie het aluminiumfolie het bakblik het dieet het fastfood het frituurvet het gasfornuis het kokos het levensmiddel het maal (maaltijd) het pasteitje trakteren - trakteerde - getrakteerd biologisch op smaak brengen .

Familie en vrienden

de echtscheiding de geliefde de partner de pleegouder de pleegvader - de pleegmoeder de pleegzoon - pleegdochter de thuissituatie het gezinsleven het huishouden (gezin) het pleegkind - pleegkinderen .

Figuurlijk taalgebruik

allemachtig beslist (zeker) broodnodig kappen (stoppen) picobello verdorie zonde achter de wolken schijnt de zon als de bliksem als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel bedrukt gezicht * bij je positieven komen bij zijn positieven blijven buiten adem zijn dat is dat dat is koffiedik kijken de aap komt uit de mouw de beerput de draak met iemand steken de eerste de beste de gebeten hond zijn de hoop hebben dat de kat uit de boom kijken de koe bij de horens vatten de koeienletter de krokodillentranen de maat is vol de paarden achter de wagen spannen de roddelkous de stand van zaken de stuipen op het lijf jagen dikke vrienden zijn door de bomen het bos niet meer zien een bestaan opbouwen een boekenwurm een daverend succes een feestje bouwen een hazenslaapje een hondenleven een kippeneindje een koekje van eigen deeg een koud kunstje een liegbeest een pak slaag krijgen een rol spelen er de pest in hebben er geen gat meer in zien er vandoor gaan ergens een handje van hebben ergens een punt achterzetten * ergens in trappen geen kwaad kunnen grote ogen opzetten hemel en aarde bewegen het apenpakje het feestvarken het hemd van het lijf vragen het hondenweer het kikkerbad het leeuwendeel het rooien hoe dan ook hoog tijd iemand een loer draaien iemand een rad voor ogen draaien iemand op de hielen zitten iets door een roze bril bekijken iets uit zijn mouw schudden iets voor de boeg hebben in 's hemelsnaam in de put zitten in de weer zijn in de wolken zijn in het duister tasten in het holst van de nacht in het middelpunt van de belangstelling staan in weer en wind je doel bereiken je hart verloren hebben je niet uit het veld laten slaan je uit de voeten maken lachen, gieren, brullen loop naar de maan met een hoed in de hand, kom je door het ganse land met gespitste oren luisteren met open mond staan kijken * nu breekt mijn klomp oog in oog op de achtergrond op de hoogte zijn van iets op de loer liggen op een gegeven moment op het punt staan op je neus kijken op komst zijn op slag over de rooie gaan over de vloer smaken verschillen spaak lopen tegen de haren instrijken toe zijn aan tranen met tuiten huilen trappelen van ongeduld uit alle macht van de vloer kunnen eten van pas komen voor niets gaat de zon op voor wat hoort wat wat mij betreft water naar de zee dragen weer terecht zijn zijn biezen pakken zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens zwart van de mensen zien

Gedrag en gevoelens

de attentie (aandacht) de bewondering de brompot de dromer de dwaas de eigenschap de emotie de ergernis de gezichtsuitdrukking de karaktereigenschap de kwaadheid de kwajongen de leugenaar de lichaamstaal de liefhebber de ontspanning de opluchting de pottenkijker de schuld de slechte naam de spanning de spelbreker de stemming de tegenslag de tegenzin de troost de verkering de verlegenheid de verwachting de viespeuk de voorkeur de warmte de zeurpiet het doel (wat je wilt bereiken) het doorzettingsvermogen het innerlijk het leed het stopwoord het talent het treffen het verlangen aandikken - dikte aan - aangedikt aankunnen - kon aan - aangekund afleiden - leidde af - afgeleid (concentratie) afleren - leerde af - afgeleerd bedaren - bedaarde - bedaard bekendstaan als/om - stond bekend - bekendgestaan boeien - boeide - geboeid buitensluiten - sloot buiten - buitengesloten dagdromen - dagdroomde - gedagdroomd ergeren - ergerde - geërgerd gluren - gluurde - gegluurd huiveren - huiverde - gehuiverd indenken - dacht in - ingedacht interesseren - interesseerde- geïnteresseerd klaarspelen - speelde klaar - klaargespeeld liefkozen - liefkoosde - geliefkoosd lijden - leed - geleden (verdriet) mekkeren - mekkerde - gemekkerd (zeuren) menen - meende - gemeend (iets denken) mishandelen - mishandelde - mishandeld mokken - mokte - gemokt (boos) nakomen - kwam na - nagekomen ophoepelen - hoepelde op - opgehoepeld opkomen - kwam op - opgekomen (gedachte) overkomen - overkwam - overkomen (gebeuren) overwegen - overwoog - overwogen peinzen - peinsde - gepeinsd proesten - proestte -geproest (lachen) prutsen - prutste - geprutst rondhangen - hing rond - rondgehangen schokken - schokte - geschokt staren - staarde - gestaard steunen - steunde - gesteund (zuchten) uitkijken naar - keek uit - uitgekeken uitmaken - maakte uit - uitgemaakt (verkering) verbluffen - verblufte - verbluft verdringen - verdrong - verdrongen verwaarlozen - verwaarloosde - verwaarloosd verwonderen - verwonderde - verwonderd zich aanpassen - paste aan - aangepast zich beklagen - beklaagde - beklaagd zich gedragen - gedroeg - gedragen zich inhouden - hield in - ingehouden zich verbeelden - verbeeldde - verbeeld zwijgen - zweeg - gezwegen aandachtig agressief attent bazig bedeesd belangstellend beteuterd chagrijnig dromerig gejaagd geliefd gevoelig hoofdschuddend hulpvaardig ijverig kieskeurig maf nieuwsgierigheid onfatsoenlijk onverschillig overmoedig overtuigd pienter pinnig somber stug vastbesloten venijnig verbijsterd verheugd verontwaardigd verstrooid vijandig vurig wanhopig aandacht schenken aan ademloos toekijken belachelijk maken de aandacht trekken de aandacht vasthouden doen alsof een gebaar maken een gevoel overbrengen een kreet slaken een sterk verhaal een streek uithalen ergens iets van zeggen ergens mee zitten ergens over inzitten ergens van opkijken geen erg hebben in genieten van geprikkeld zijn goedgemutst zijn grof taalgebruik het ergste vrezen het hoogste woord voeren het uitschreeuwen het zat zijn iets afsluiten iets doorvertellen iets niet nemen iets niet pikken in paniek zijn in zijn schild voeren je druk maken liefhebber zijn van met opzet met zorg naar voren treden op de vuist gaan op het puntje van je stoel zitten op iemand zijn (verliefd) opgelucht zijn stoom afblazen trouw zijn vol zijn van zich iets kunnen voorstellen zich niet van de wijs laten brengen

Geld en winkelen

de afschrijving de betaling de bijschrijving de catalogus de contributie de financiën de invoering de juwelier de kluis de marktkoopman de overschrijving de portefeuille de roltrap de rommelmarkt de smokkelaar de uitkering de uitverkoop de veiling de verhoging de winkeldiefstal de winst de zakkenroller het antiek het lootje het product het statiegeld aanreiken - reikte aan - aangereikt aanschaffen - schafte aan - aangeschaft bedelen - bedelde - gebedeld bieden - bood - geboden inslaan - sloeg in - ingeslagen opheffen - hief op - opgeheven schenken - schonk - geschonken smokkelen - smokkelde - gesmokkeld tonen - toonde - getoond verspreiden - verspreidde - verspreid gierig vrijgevig de kost verdienen een nummertje trekken

Geloof

de Bijbel de bisschop de boeddhist de dienst * de duivel de geestelijke de godsdienst de hel de hemel de hindoe de imam de islam [[de kapel de kardinaal]] de kathedraal de Koran de minaret de monnik - non de moslim de pastoor de pelgrim de plechtigheid * de priester - priesteres de rabbijn / rabbi de ramadan de religie de synagoge de tempel het altaar het boeddhisme het christendom het gebed het hiernamaals het hindoeïsme het Jodendom het klooster het lot het offer het vasten offeren - offerde - geofferd vasten - vastte - gevast Allah Boeddha Christus islamitisch Jezus joods katholiek plechtig protestants

Informatie

de aanleiding de crisis de detective de enquête de gelegenheid - gelegenheden de inlichting de kans de kenner de kwestie de methode de oproep de opschudding de poging de praktijk de uitzondering de voorlichting de voorspelling de waarzegger de wijsheid het communicatiemiddel het feit het gevolg het resultaat het telefoonboek het toeval aanpassen - paste aan - aangepast aflezen - las af - afgelezen afzoeken - zocht af - afgezocht communiceren - communiceerde - gecommuniceerd doorvragen - vroeg door - doorgevraagd dreigen te - dreigde - gedreigd informeren - informeerde - geïnformeerd ondernemen - ondernam - ondernomen onderscheiden - onderscheidde - onderscheiden oppikken - pikte op - opgepikt oproepen - riep op - opgeroepen opvatten - vatte op - opgevat ordenen - ordende - geordend (op volgorde) verduidelijken - verduidelijkte - verduidelijkt vereenvoudigen - vereenvoudigde - vereenvoudigd vergelijken - vergeleek - vergeleken verhelderen - verhelderde - verhelderd voeren - voerde - gevoerd (leiden naar) voorspellen - voorspelde - voorspeld voortzetten - zette voort - voortgezet vormen - vormde - gevormd raadselachtig aan de hand zijn ergens op uitkomen erin opnemen gebruik maken van iets bijhouden iets opmaken uit inlichtingen verstrekken inlichtingen vragen .

Kunst

de beeldende kunst de beeldhouwer de collage de duisternis de gloed de inspiratie de lichtbron de muurschildering de pastelkleur de plakkaatverf de primaire kleuren de schijnwerper de schim de uitvoering de verbeelding de/het silhouet fel licht het bouwwerk het doek (schilder) het duister het gezichtsbedrog het jeugdtheater het kaarslicht het knipsel het monument het motief (patroon) het mozaïek het museumbezoek het palet het perspectief (diepte) het profiel het schijnsel het spiegelbeeld het stilleven het zijaanzicht zwak licht boetseren - boetseerde - geboetseerd dichten - dichtte - gedicht (poëzie) gloeien - gloeide - gegloeid inlijsten - lijstte in - ingelijst nabootsen - bootste na - nagebootst opfleuren - fleurde op - opgefleurd schijnen - scheen - geschenen spiegelen - spiegelde - gespiegeld spotten - spotte - gespot (zien) terugkaatsen - kaatste terug - teruggekaatst uitbeelden - beeldde uit - uitgebeeld verduisteren - verduisterde - verduisterd verfraaien - verfraaide - verfraaid verlichten - verlichtte - verlicht abstract artistiek egaal glans levensecht lichtgevend manshoog mat ovaal violet vlekkerig geen hand voor ogen zien met de hand

Lastige woorden

de nadruk blijken - bleek - gebleken dienen - diende - gediend (bedoeld zijn voor) afscheidelijk alsmaar amper bepaald bijbehorend blijkbaar buiten (zonder) echter eerder enigszins eveneens evengoed figuurlijk hoogst immers inmiddels integendeel kennelijk kortom letterlijk maximaal minimaal minstens nauwelijks ofwel onafscheidelijk quasi reeds tamelijk te tenminste uiteen vandaar verscheiden voornaam vrijwel willekeurig aan de hand van behoren tot de nadruk leggen op even ? als ? in het algemeen in tegenstelling tot in verband met liever gezegd maar liefst met behulp van middel om ten eerste ?, ten tweede ? ten einde lopen van voren af aan voor de rest zo nodig .

Lichaam en gezondheid

de aanleunwoning de acupunctuur de alcohol de amandel (keel) de apotheker de bal van je voet / hand de beenderen de beugel de bijsluiter de dikke darm de dunne darm de fysiotherapie de gedaante de gehandicapte de handicap de inrichting de koorts de kruk de leesbril de lichaamstemperatuur de mazelen de misvorming de mitella de moedervlek de mongool (Down-syndroom) de ontlasting de ontsteking de orthodontist de puist de romp de ruggengraat de schedel de schilfer de slokdarm de tissue de toiletspullen de urine de verhoging de vermoeidheid de vitaminepil de waterpokken de wervel de wimper de zwangerschap de/het figuur de/het tablet het bejaardenhuis het bekken het gekriebel het geneesmiddel het geraamte het hulpmiddel het recept het slijmvlies het spraakgebrek het verpleeghuis het vocht baden - baadde - gebaad brabbelen - brabbelde - gebrabbeld herstellen - herstelde - hersteld insmeren - smeerde in - ingesmeerd inspuiten - spoot in - ingespoten kwakkelen - kwakkelde - gekwakkeld lispelen - lispelde - gelispeld mankeren - mankeerde - gemankeerd mompelen - mompelde - gemompeld schokken - schokte - geschokte (beweging) slissen - sliste - geslist stotteren - stotterde - gestotterd uitglijden - gleed uit - uitgegleden verlammen - verlamde - verlamd verschonen - verschoonde - verschoond verteren - verteerde - verteerd verwonden - verwondde - verwond bezweet bloederig gehandicapt kwiek misvormd schraal zwanger een snotneus hebben in je neus pulken in zijn blote bast in zijn neus peuteren verlamd zijn zijn neus ophalen (verkoudheid)

Maken en materialen

de architect de beugel de bout de bouwmaterialen de bouwtechniek de bundel de fabrikant de gebruiksaanwijzing de gereedschapskist de grendel de ijzerdraad de industrie de kabel de klusjesman de leiding de ondergrond de opbouw de rolmaat de schakel de smid - smeden de stoommachine de storing het beton het cement het gebruik het industrieterrein het klusje het koper het marmer het model het naaigaren het nylon het vlak het werktuig het wrak aanbrengen - bracht aan - aangebracht aansluiten - sloot aan - aangesloten beplakken - beplakte - beplakt bevestigen - bevestigde - bevestigd frommelen - frommelde - gefrommeld instorten - stortte in - ingestort schaven - schaafde - geschaafd scheppen - schiep - geschapen (maken) slijpen - sleep - geslepen slopen - sloopte - gesloopt smeden - smeedde - gesmeed splitsen - splitste - gesplitst spreiden - spreidde - gespreid toevoegen - voegde toe - toegevoegd vermaken - vermaakte - vermaakt verschuiven - verschoof - verschoven bolvormig doormidden gaaf (intact) bekleed met bezaaid met strak spannen

Media

de actiefilm de animatiefilm de biografie de buis de documentaire de horror de jongensgroep - meidengroep de komedie de oplage de opname de rol (film) de sciencefiction de slagzin de tekenfilm de televisiegids de thriller het drama het genre het idool het stuk (artikel) het waargebeurde verhaal het witte doek het/de figuur het/de personage zappen - zapte - gezapt (tv-zenders) live bekend zijn de hoofdrol spelen een ster zijn

Meten en wegen

collectie de combinatie de massa - massa's de menigte de reeks de serie de stoet het dozijn het drietal het krat schatten - schatte - geschat enig (een paar) halfvol vol driekwart vol een stuk of in totaal

Milieu

de chemokar de gft-container de groene stroom de luchtvervuiling de rookwolk de rotzooi de spuitbus de steenkool de uitstoot de windmolen het chemisch afval het restafval het roet het uitlaatgas dumpen - dumpte - gedumpt filteren - filterde - gefilterd lozen - loosde - geloosd zuiveren - zuiverde - gezuiverd milieuschadelijk milieuvriendelijk afval scheiden de opwarming van de aarde

Muziek en geluid

de band de diskjockey (dj) de geluidshinder de grammofoonplaat de megafoon de melodie - melodieën de popgroep de popster de radiofrequentie de songtekst de stereotoren de toon de wijs (melodie) het radiostation het signaal afstemmen - stemde af - afgestemd (radio) echoën - echode - geëchood joelen - joelde - gejoeld neuriën - neuriede - geneuried opvangen - ving op - opgevangen (horen) begeleiden met muziek geluid uitstoten .

Natuur

de (bloem)bol * de bamboe de bloemen * de delfstof de druk * de duintop de evenaar de gewichtsloosheid * de graspol de groenten * de groententuin * de grondsoort de grondstof de hei de hoogteligging de humus de insecten * de kalk de kikkervisjes * de kleigrond * de knol * de kringloop de kruiden * de lancering * De Landbouw de loofboom de mineralen de naaldboom de planeten * de regen * de savanne de schimmel de steppe [de toendra]] de tropen de turf de verschuiving de vliegenzwam de wortelkluit de zaadjes * het duinlandschap het ei * het fruit * het groeiproces het helmgras het heuvellandschap het ISS * het mineraal het naaldwoud het nest * het rivierenlandschap het stiltegebied het suikerriet het veen het water * het zandlandschap het zeekleilandschap het zeelandschap het zonnenstelsel * het/de leem het/de teer bloeien - bloeide - gebloeid * ontkiemen - ontkiemde - ontkiemd * schimmelen - schimmelde - geschimmeld winnen - won - gewonnen (ontginnen) zaai - zaaide - gezaaid * zaaien - zaaide - gezaaid * bedreigde diersoort * bergachtig traceren *

Omgang

de bijnaam de discriminatie de kritiek de ontmoeting de relatie de roepnaam de scheldnaam de troetelnaam het akkoord het vooroordeel het voorstel aankondigen - kondigde aan - aangekondigd afkeuren - keurde af - afgekeurd bedriegen - bedroog - bedrogen behandelen - behandelde - behandeld (bespreken) bekvechten - bekvechtte - gebekvecht bijleggen - legde bij - bijgelegd bijvallen - viel bij - bijgevallen discrimineren - discrimineerde - gediscrimineerd foeteren - foeterde - gefoeterd geruststellen - stelde gerust - gerustgesteld gunnen - gunde - gegund herdenken - herdacht - herdacht kwetsen - kwetste - gekwetst meeleven - leefde mee - meegeleefd ondersteunen - ondersteunde - ondersteund opmerken - merkte op - opgemerkt opvatten - vatte op - opgevat overlaten aan - liet over - overgelaten tutoyeren - tutoyeerde - getutoyeerd uitmaken - maakte uit - uitgemaakt (beslissen) uitvallen - viel uit - uitgevallen (boos) verbinden - verbond - verbonden (relatie) verdragen - verdroeg - verdragen verlossen - verloste - verlost verwijten - verweet - verweten verzoenen - verzoende - verzoend wenken - wenkte - gewenkt wijden aan - wijdde - gewijd wijsmaken - maakte wijs - wijsgemaakt zich richten op - richtte - gericht zich wenden tot - wendde - gewend asociaal * beleefd * bemoedigend gemeenschappelijk respectloos * respectvol * afscheid nemen bezwaar hebben tegen iemand / iets verwachten iemand doordringend aankijken iemand ergens van voorzien iemand gewend zijn iemand iets verzekeren

Reizen

de accommodatie de bestemming de dagtocht de excursie de helling de karavaan de piste de reisgids de rondleiding de ski - ski's de toer (de rondtocht) de tol de tolweg de trekpleister de VVV (Vereniging voor Vreemdelingenverkeer) de wandelkaart de wandeltocht de wintersport het hoogseizoen het reisboek het skigebied het toerisme het vakantieland bezichtigen - bezichtigde - bezichtigd overnachten - overnachtte - overnacht in trek zijn op kamp gaan

Richting

de achterzijde de bovenzijde de onderzijde de positie de voorzijde het noordelijk halfrond het uiteinde het zuidelijk halfrond leiden naar - leidde - geleid achterstevoren bereikbaar binnenstebuiten bovenuit daarginds dichtstbijzijnd ginds horizontaal lokaal (plaatselijk) nabij verticaal in zicht zijn op ooghoogte

School

de afkorting de bespreking de breedtegraad de breuk de centiliter de deciliter de diepte de encyclopedie de globe de graad de graad Celsius (ºC) de grafiek de grammatica de grootte de hectometer de index de informatiebron de inhoudsopgave de inleiding de instructie de kaft de kennis de kern de klemtoon de kolom de meerkeuzevraag de milliliter de noemer de oppervlakte de opsomming de overzichtskaart de paragraaf de persoonsvorm de presentatie de puntkomma de rij de slotzin de spreekwolk de tabel de tape de teller de ton de topografie de topografische kaart de uitspraak (intonatie) de vergelijking de verhouding (vb. 1:2) de vierkante meter de voltooide tijd de voordracht de woordbouw de woordkeuze de/het figuur het accent (klemtoon) het accentteken het begrip het bijwoord het diploma het formulier het gezegde het haakje (leesteken) het leenwoord het lesboek het lesrooster het middenstuk (verhaal) het onderschrift het oppervlak het opschrift het proefwerk het project het schema het schoolbord het schrijfgerei het spreekwoord het taalgebruik het trema het verslag het voegwoord het voltooid deelwoord het werkstuk bestuderen - bestudeerde - bestudeerd demonstreren - demonstreerde - gedemonstreerd kopiëren - kopieerde - gekopieerd omcirkelen - omcirkelde - omcirkeld omschrijven - omschreef - omschreven overnemen uit / van - nam over - overgenomen overtuigen - overtuigde - overtuigd

Tijd

de dageraad de tijdsduur het decennium - decennia het tijdsbestek het tijdstip aanbreken - brak aan - aangebroken pauzeren - pauzeerde - gepauzeerd verspringen - versprong - versprongen achteraf algauw eindelijk eindeloos naderhand tijdelijk de tijd doorbrengen de tijd dringt het aanbreken van de dag het is eeuwen geleden in de loop van in een mum van tijd in een oogwenk in een wip op den duur .

Uiterlijk

de bakkebaard de gelijkenis de kilt de mascara de mottenbal de omslagdoek de outfit de sik de voetzool het accessoire het collier het halssnoer het hoofddeksel het juweel het medaillon het montuur het uiterlijke kenmerk plooien - plooide - geplooid pronken - pronkte - gepronkt .

Uitvinden

de apparatuur de astrologie de avatar de boogschutter de cd-speler de chatroom de chemische stof de e-mail de elektronische snelweg de harde schijf de hardware de horoscoop de kreeft de laptop de leeuw de maagd de pauzetoets de planeet de power (stroom) de raket de ram de schorpioen de sms - het sms'je - sms'en de software de steenbok de ster de sterren * de stier de straling de trilling de tweeling de vissen de waterman de webcam de website de weegschaal de zoekmachine (internet) de/het display de/het weblog het computerspel het computervirus het experiment het forum het heelal het laboratorium - laboratoriums - laboratoria het level het melkwegstelsel het modem het netwerk het profiel het scherm (pc) het sterrenbeeld het wezen chatten - chatte - gechat e-mailen - e-mailde - e-gemaild flonkeren - flonkerde - geflonkerd (ster) fonkelen - fonkelde - gefonkeld (ster) gamen - gamede - gegamed internetten - internette - geïnternet lanceren - lanceerde - gelanceerd (raket) ontdekken - ontdekten - ontdekt * opnemen - nam op - opgenomen (telefoon) opslaan - sloeg op - opgeslagen (bewaren) overgaan in - ging over - overgegaan (veranderen) printen - printte - geprint programmeren - programmeerde - geprogrammeerd sms'en - sms'te - ge-sms't snuffelen - snuffelde - gesnuffeld surfen - surfte - gesurft testen- testte - getest twinkelen - twinkelde - getwinkeld (ster) draadloos interactief offline online stand-by virtueel .

Vermaak

de bezienswaardigheid - bezienswaardigheden de bezigheid - bezigheden de fanfare de fuif de gegadigde de gezelligheid de grabbelton de mascotte * de optocht de polonaise de receptie de recreatie de toegang de toegangsprijs de vrije tijd het aardigheidje het amusement het carnaval het evenement het festival het gezelschap (groep mensen) het jubileum - jubileums - jubilea het kostuum het optreden het schoolfeest het toegangsbewijs amuseren - amuseerde - geamuseerd applaudisseren - applaudisseerde - geapplaudisseerd chillen - childe - gechild stappen - stapte - gestapt (uitgaan) op visite gaan

Vervoer

de achterruit de achteruitkijkspiegel de antenne de benzinepomp de brandstoftank de bumper de claxon de dode hoek de garagehouder de ijzel de jachthaven de jeep de kruising de lak de luchtballon de motorkap de omleiding de ophaalbrug de raceauto de reparatie de rotonde de ruitenwisser de spits de splitsing de staart (vliegtuig) de straaljager de truck de verharde weg de verkeersregelaar de voorrang de voorrangsweg de voorruit de wasstraat de wegenkaart de wegwerkzaamheden de wegwijzer de zijspiegel het asfalt het dashboard het hekwerk het jacht het spatbord het ventiel het viaduct het woon-werkverkeer inhalen - haalde in - ingehaald onderuitgaan - ging onderuit - onderuitgegaan schakelen - schakelde - geschakeld (versnelling) slippen - slipte - geslipt versperren - versperde - versperd opengebroken afslaan van de motor de bocht afsnijden eerste klas reizen ergens tegen aan knallen tweede klas reizen

Wat vinden we ervan?

de gekkigheid de narigheid de zin (nut) het nut accepteren - accepteerde - geaccepteerd afhangen van - hing af - afgehangen beoordelen - beoordeelde - beoordeeld goedkeuren - keurde goed - goedgekeurd aardig (vb. aardig groot) absurd afwijkend algemeen angstaanjagend apart avontuurlijk beeldschoon beestachtig begrijpelijk behaaglijk bekend betekenisloos betrouwbaar debiel duister eentonig ernstig fatsoenlijk favoriet fraai gastvrij geheel (vb. geheel onjuist) geschikt gezet goedaardig gunstig hoopvol hopeloos hulpeloos ijzig (koud) intens kostelijk kunstig kwaadaardig loodzwaar modern nauwkeurig nogal noodzakelijk nuttig onduidelijk ongeschikt onsmakelijk ouderwets passend precies puur roekeloos romantisch rottig rumoerig schadelijk slijmerig sneu snoezig snugger sober speciaal spontaan sprekend statig taai terecht typisch uitgelaten uitvoerig verfrommeld vlot volkomen (vb. volkomen onjuist) werkelijk wonderlijk zinloos zuiver zwijgzaam iets terecht vinden van iets op de hoogte zijn

Water

de brandspuit de delta de deltawerkende oceaan de scheepswerf de sluis de stormvloedkering de vaste stof de vloeistof de waterkering de watersnoodramp de waterstand de winterdijk de zeearm de zomerdijk het aquaducthet deltaplan het kookpunt het oppervlaktewater binden - bond - gebonden (vloeistof) condenseren - condenseerde - gecondenseerd spetteren - spetterde - gespetterd stollen - stolde - gestold vastvriezen - vroor vast - vastgevroren vriezen - vroor - gevroren bakboord stuurboord

Werken en Beroepen

de beroepsgroep de collega - collega's de dagloner de dienst de functie de leiding de loondienst de onderneming de organisatie de specialiteit de stage de stagiaire de staking de stichting de vakbond de vergadering de voorzitter - voorzitster de vrijwilliger de werktijd het dagloon het specialisme het uurloon organiseren - organiseerde - georganiseerd ploeteren - ploeterde - geploeterd staken - staakte - gestaakt stichten - stichtte - gesticht voorzitten - zat voor - voorgezeten dienst hebben van aanpakken weten

Wonen

de achterkamer de adviseur - adviseuse de arbeiderswoning de armoede de binnenplaats de bliksemafleider de buitenwijk de divan de droger de elektrische lading de flatwijk de hoofdingang de hovenier de huisbaas de huisregels de huur de huurder de hypotheek de kamerplant de kandelaar de klapstoel de kunstbloem de makelaar de nieuwbouwwijk de nok de omheining de radiator de Randstad de schotelantenne de schuifwand de servicekosten de steeg de stofwolk de stroomstoring de taxatie de uitschuifladder de vrijstaande woning de wirwar de woningbouwcorporatie de zonwering de zuil (pilaar) het afdak het appartement het gif het huurhuis et koophuis het ongedierte het prikkeldraad het rijtjeshuis het tegelpad het terrein het voetstuk het woonerf het zonnescherm binnengaan - ging binnen - binnengegaan binnenlaten - liet binnen - binnengelaten binnenstappen - stapte binnen - binnengestapt binnentreden - trad binnen - binnengetreden dichtdoen - deed dicht - dichtgedaan huren - huurde - gehuurd ingaan - ging in - ingegaan inrichten - richtte in - ingericht intrekken - trok in - ingetrokken reinigen - reinigde - gereinigd toelaten - liet toe - toegelaten (binnenlaten) verpotten - verpotte - verpot overdekt twee onder één kap vrijstaand bij iemand inlopen onderdak hebben onderdak vinden zich ergens vestigen .