WAK:Groep7: verschil tussen versies
Uit woorden.wiki.kennisnet.nl
(→Wonen) |
(→Werken en Beroepen) |
||
Regel 1.377: | Regel 1.377: | ||
==Werken en Beroepen== | ==Werken en Beroepen== | ||
− | + | * de [[aanwezigheid]] | |
+ | * de [[absentie]] | ||
+ | * de [[afwijzing]] | ||
+ | * de [[arbeidsverdeling]] | ||
+ | * de [[bijeenkomst]] | ||
+ | * de [[compagnon]] | ||
+ | * de [[dienstverlening]] | ||
+ | * de [[eenmanszaak]] | ||
+ | * de [[kandidaat]] | ||
+ | * de [[kinderopvang]] | ||
+ | * de [[leegloop]] | ||
+ | * de [[mechanisatie]] | ||
+ | * de [[medewerking]] | ||
+ | * de [[onderverdeling]] | ||
+ | * de [[oprichting]] | ||
+ | * de [[rolverdeling]] | ||
+ | * de [[samenvoeging]] | ||
+ | * de [[sollicitant]] | ||
+ | * de [[sollicitatiebrief]] | ||
+ | * de [[uitzendkracht]] | ||
+ | * de [[vacature]] | ||
+ | * de [[verplichting]] | ||
+ | * het [[beheer]] | ||
+ | * het [[contract]] | ||
+ | * het [[corvee]] | ||
+ | * het [[curriculum vitae]] (cv) | ||
+ | * het [[ontslag]] | ||
+ | * het [[pensioen]] | ||
+ | * het [[sollicitatiegesprek]] | ||
+ | * het [[uitzendbureau]] | ||
+ | * het [[verlof]] | ||
+ | * [[aannemen]] - [[nam aan]] - [[aangenomen]] | ||
+ | * [[afwijzen]] - [[wees af]] - [[afgewezen]] | ||
+ | * [[assisteren]] - [[assisteerde]] - [[geassisteerd]] | ||
+ | * [[bijwonen]] - [[woonde bij]] - [[bijgewoond]] | ||
+ | * [[oprichten]] - [[richtte op]] - [[opgericht]] | ||
+ | * [[presteren]] - [[presteerde]] - [[gepresteerd]] | ||
+ | * [[solliciteren]] - [[solliciteerde]] - [[gesolliciteerd]] | ||
+ | * [[zich verzamelen]] - [[verzamelde]] - [[verzameld]] | ||
+ | * [[beschikbaar]] | ||
+ | * [[aangenomen worden]] | ||
+ | * [[actief zijn in]] | ||
+ | * [[afgewezen worden]] | ||
+ | * [[deel uitmaken van]] | ||
+ | * [[leiding geven aan]] | ||
+ | * [[te werk gaan]] | ||
==Wonen== | ==Wonen== |
Versie van 1 jul 2012 om 18:41
Verzameling van de Wakwoorden op thema en groep. Terug naar portaal Vierwindstreken klik hier
Inhoud
- 1 Bestuur en gezag
- 2 Bewegen, sport en spel
- 3 Dieren
- 4 Eten en drinken
- 5 Familie en vrienden
- 6 Figuurlijk taalgebruik
- 7 Gedrag en gevoelens
- 8 Geld en winkelen
- 9 Geloof
- 10 Informatie
- 11 Kunst
- 12 Lastige woorden
- 13 Lichaam en gezond
- 14 Maken en materialen
- 15 Media
- 16 Meten en wegen
- 17 Milieu
- 18 Muziek en geluid
- 19 Natuur
- 20 Omgang
- 21 Richting
- 22 Richting
- 23 School
- 24 Sprookjes
- 25 Tijd
- 26 Uiterlijk
- 27 Uitvinden
- 28 Vermaak
- 29 Vervoer
- 30 Vroeger
- 31 Wat vinden we ervan?
- 32 Water
- 33 Werken en Beroepen
- 34 Wonen
Bestuur en gezag
- de aanhanger
- de aanstelling
- de advocaat
- de akte
- de allochtoon
- de alternatieve straf
- de autochtoon
- de bekeuring
- de benoeming
- de berisping
- de betoger
- de betoging
- de buitenlander
- de criminaliteit
- de dader
- de douane
- de douanier
- de dynamiet
- de formatie
- de generaal
- de getuige
- de gratie
- de herrieschopper
- de indringer
- de indringster
- de inspecteur - inspectrice
- de irisscan
- de kinderrechter
- de kolonel
- de kroonprins - kroonprinses
- de luchtmachtbasis
- de maniak
- de monarchie - monarchieën
- de officier van justitie
- de onderscheiding
- de oorkonde
- de openbare ruimte
- de overeenkomst
- de plicht
- de politiek
- de rechtspraak
- de rechtszitting
- de regering
- de rel
- de sensatie
- de staat
- de taakstraf
- de tag
- de uitspraak
- de vandaal
- de verdachte
- de vergunning
- de verklaring
- de verovering
- de vingerafdruk
- de vreemdeling
- de wijkagent -wijkagente
- het alleenrecht
- het bevel
- het gebod
- het geboorteland
- het gezag
- het incident
- het koninklijk huis
- het losgeld
- het oproer
- het privilege
- het proces
- het recht
- het slachtoffer
- het vaderland
- het vandalisme
- het vangnet
- aanklagen - klaagde aan -aangeklaagd
- bekeuren - bekeurde - bekeurd
- benoemen tot - benoemde -benoemd
- bepalen - bepaalde - bepaald- (vaststellen)
- bespioneren - bespioneerde - bespioneerd
- betogen - betoogde -betoogd
- bevelen - beval - bevolen
- gebieden - gebood - geboden (bevelen)
- gelden - gold - gegolden (van toepassing zijn)
- handhaven - handhaafde - gehandhaafd
- heersen - heerste - geheerst
- inschakelen - schakelde in - ingeschakeld
- inzetten - zette in - ingezet (inroepen)
- marcheren - marcheerde - gemarcheerd
- omzeilen - omzeilde - omzeild
- ondervragen - ondervroeg / ondervraagde - ondervraagd
- ontruimen - ontruimde - ontruimd
- oppakken - pakte op - opgepakt (politie)
- patrouilleren - patrouilleerde - gepatrouilleerd
- plegen - pleegde - gepleegd
- pleiten - pleitte - gepleit
- plunderen - plunderde - geplunderd
- regeren - regeerde - geregeerd
- salueren - salueerde - gesalueerd
- terugtrekken - trok terug - teruggetrokken
- verlenen - verleende - verleend
- vervalsen - vervalste - vervalst
- zich misdragen - misdroeg - misdragen
- zich overgeven - gaf over - overgegeven
- afkomstig
- baldadig
- buitenlands
- illegaal
- legaal
- medeplichtig
- officieel
- ordelijk
- privé
- publiek
- rechtvaardig
- strafbaar
- wettig
- betrokken zijn bij
- de dupe zijn
- de troon bestijgen
- druk uitoefenen
- halt (stop)
- iemand verwijzen naar
- in aanraking komen met
- in het openbaar
- in opstand komen
- onder druk zetten
- op de uitkijk staan
- rechten en plichten
- vrij toegankelijk
- Zijne Majesteit - Hare Majesteit
Bewegen, sport en spel
- de concurrent
- de concurrentie
- de denksport
- de estafette
- de invaller - invalster
- de jeugdafdeling
- de kabelbaan
- de koploper
- de profsporter
- de stand (houding)
- de tactiek
- de toeschouwer - toeschouwster
- de trofee - trofeeën
- de vervanger - vervangster
- de vrijetijdsbesteding
- de waterfiets
- het ommetje
- aanstormen - stormde aan - aangestormd
- afdalen - daalde af - afgedaald]
- afleggen - legde af - afgelegd (afstand)
- leunen - leunde - geleund
- ontwijken - ontweek - ontweken
- sjokken - sjokte - gesjokt
- snellen - snelde - gesneld
- strompelen - strompelde - gestrompeld
- stuiteren - stuiterde - gestuiterd
- atletisch
- fit
- onbeweeglijk
- onoverwinnelijk
- rakelings
- komen aanzetten
- te voet gaan
Dieren
- de biologie
- de carnivoor
- de dierproef
- de eendagsvlieg
- de haan
- de herbivoor
- de hyena - hyena's
- de leefomgeving
- de nestblijver
- de nestvlieder
- de omnivoor
- de paring
- de poema - poema's
- de snavel
- de vivisectie
- de voedselketen
- de voedselpiramide
- de voedselvoorraad
- de winterslaap
- de wintervacht
- het bodemdier
- het kadaver
- het kuiken
- het proefdier
- het proefkonijn
- het zandbad
- overwinteren - overwinterde - overwinterd
- paren-paarde-gepaard
- uittesten -testte uit - uitgetest
- zich vermeerderen - vermeerderde - vermeerderd
- afbakenen-bakende af-afgebakend
- koudbloedig
- warmbloedig
Eten en drinken
- de asperge
- de aubergine
- de baguette
- de barbecue
- de butler
- de chef
- de cornflakes
- de courgette
- de etenswaren
- de filet
- de fondue
- de gang (maaltijd)
- de gastheer - gastvrouw
- de gourmet
- de gril
- de jus
- de kaasboe
- de maatbeker
- de peul
- de sorbet
- de specerij
- de voedingsstof
- de wok
- het aroma - aroma's
- het banket
- het eigeel
- het eiwit
- het keukengerei
- het koolhydraat
- het mengsel
- het tafelblad
- het voedingsmiddel
- het zetmeel
- afmeten - mat af - afgemeten
- afpassen - paste af - afgepast
- afstrijken - streek af - afgestreken
- conserveren - conserveerde - geconserveerd
- fonduen - gefondude - gefonduud
- gourmetten - gourmette - gegourmet
- grillen - grilde - gegrild
- roerbakken - bakte roer - roergebakken
- serveren - serveerde - geserveerd
- wokken - wokte - gewokt
- kant-en-klaar
- zich tegoed doen aan
Familie en vrienden
- de ceremonie - ceremonies - ceremoniën
- de crematie
- de herdenking
- de lijkschouwer
- de rouwstoet-rouwde
- de uitvaart
- de verloving
- de vondeling
- de voogdij
- de weduwnaar -weduwe
- het nageslacht
- het tuchthuis
- het weeshuis
- het weeskind - weeskinderen
- adopteren - adopteerde - geadopteerd
- balsemen - balsemde - gebalsemd
- begraven - begroef -begraven
- condoleren - condoleerde- gecondoleerd
- cremeren - cremeerde - gecremeerd
- gedenken - gedacht - gedachtte- nagedachtenis
Figuurlijk taalgebruik
- loslippig
- uiteraard
- aan de aandacht ontsnappen
- aan diggelen vallen
- aan zijn lippen hangen
- achter de hand hebben
- achter de schermen
- als bij toverslag
- als gegoten zitten
- beet hebben
- bij de les blijven
- boontje komt om zijn loontje
- dat ga ik jou niet aan je neus hangen
- dat is (niet) te overzien
- dat kun je niet maken
- de aandacht gevangen houden
- de held op sokken
- de laatste loodjes
- de mazzel
- de moeite lonen
- de sloddervos
- de spijker op zijn kop slaan
- de toekomst zal het leren
- de wind van voren krijgen
- door de knieën gaan
- door de zure appel heen bijten
- een goed woordje doen
- een gouden handdruk krijgen
- een groentje
- een hart van goud hebben
- een heilig boontje
- een kop als een boei krijgen
- een nederlaag lijden
- een oogje op iemand hebben
- een tipje van de sluier oplichten
- eind goed, al goed
- er aan te pas komen
- er een potje van maken
- er een puinhoop van maken
- er gaat niets boven
- er geen woord aan vuil maken
- er valt niet aan te tornen
- ergens geen touw aan vast kunnen knopen
- ergens kind aan huis zijn
- ergens tegen opgewassen zijn
- ergens werk van maken
- ervan langs geven
- ervandoor gaan
- geen greintje
- geen hoge pet op hebben van
- geen overbodige luxe
- geen vin verroeren
- geen zee gaat hem te hoog
- geld bij elkaar schrapen
- gouden handen hebben
- half werk leveren
- het antwoord schuldig blijven
- het is niet alles goud wat er blinkt
- het ligt voor de hand
- het niet breed hebben
- het onderspit delven
- het oog wil ook wat
- het schip in gaan
- het wemelt van
- hoe langer hoe meer
- ieder voor zich
- iemand aan de tand voelen
- iemand ervan langs geven
- iemand gouden bergen beloven
- iemand het leven sparen
- iemand iets op het hart drukken
- iemand naar de andere wereld helpen
- iemand op een idee brengen
- iemand te vlug af zijn
- iemand tegen de haren in strijken
- iets haarfijn aanvoelen
- iets onder handen nemen
- iets van je gading vinden
- iets voetstoots aannemen
- ik ben een boon als ik het weet
- in alle staten zijn
- in de bonen zijn
- in de fik vliegen
- in de pen klimmen
- in eigen persoon
- in harmonie
- in het gelid krijgen
- in het nauw brengen
- in het teken van iets staan
- in lichterlaaie staan
- in rep en roer
- in vlammen opgaan
- in vrede leven
- in zijn vuistje lachen
- je gedeisd houden
- je mond voorbij praten
- je ogen de kost geven
- je tanden in iets zetten
- laat me niet lachen
- leven in de brouwerij brengen
- leven van de wind
- met andere woorden
- met de deur in huis vallen
- met de gebakken peren zitten
- met twee maten meten
- met twee woorden spreken
- mij best
- moederziel alleen
- naar hartenlust
- normaal gesproken
- om de haverklap
- onder de neus wrijven
- onder handen nemen
- oog hebben voor
- oogkleppen ophebben
- op de hoogte houden
- op de kleintjes letten
- op de kop tikken
- op een idee brengen
- op eigen houtje
- op grote voet leven
- op het droge
- op heterdaad betrappen
- op je buik schrijven
- op peil houden
- op zijn dooie gemak
- over de tong gaan
- recht door zee zijn
- recht voor zijn raap
- schoon schip maken
- sinds jaar en dag
- spreken is zilver, zwijgen is goud
- stalen zenuwen hebben
- stille wateren hebben diepe gronden
- stukje bij beetje
- symbool staan voor
- te wachten staan
- te wensen overblijven
- tot in lengte van dagen
- tot overmaat van ramp
- uit betrouwbare bron
- uit de hand lopen
- uit het veld geslagen zijn
- uit je dak gaan
- van de hak op de tak springen
- van hand tot hand gaan
- van heinde en verre
- van kwaad tot erger
- van wanten weten
- voor de boeg hebben
- voor de zekerheid
- voor elk wat wils
- voor geen goud
- vriezen dat het kraakt
- weggelegd zijn voor iemand
- wel zien waar het schip strandt
- zich een weg banen door
- zich gewonnen geven
- zich groen en geel ergeren
- zich koest houden
- zich niet uit het veld laten slaan
- zijn laatste uur heeft geslagen
- zijn schouders eronder zetten
- zo eerlijk als goud
- zo goed en zo kwaad
- zo op het oog
- zo te zien
- zus en zo
Gedrag en gevoelens
- de aansteller
- de behoefte
- de beleving
- de bravoure
- de discipline
- de eenzaamheid
- de eis
- de gave
- de gelaatsuitdrukking
- de gemoedstoestand
- de genegenheid
- de hebzucht
- de hoffelijkheid
- de hoogtevrees
- de invloed
- de kick
- de mimiek
- de oen
- de onvrede
- de schande
- de shock
- de tegenspoed
- de tolerantie
- de uitbrander
- de vijandigheid
- de voldoening
- de voorzichtigheid
- de vreugde
- de waardering
- de wandaad
- de wanhoop
- de zekerheid
- het bedrog
- het begrip
- het berouw
- het bewustzijn
- het ontzag
- het oordeel
- het toekomstperspectief
- het vermoeden
- het wangedrag
- aandurven - durfde aan - aangedurfd
- aanrichten - richtte aan - aangericht
- aansporen - spoorde aan - aangespoord
- aanspreken - sprak aan - aangesproken (interesseren)
- aanstaren - staarde aan - aangestaard
- aanvaarden - aanvaardde - aanvaard
- afdruipen - droop af - afgedropen (weggaan)
- afdwalen - dwaalde af - afgedwaald (gedachten)
- beamen - beaamde - beaamd
- beïnvloeden - beïnvloedde - beïnvloed
- beklagen - beklaagde - beklaagd
- bekomen - bekwam - bekomen
- bespotten - bespotte - bespot
- betrekken - betrok - betrokken (van gezicht)
- bijdragen aan - droeg bij - bijgedragen
- concluderen - concludeerde - geconcludeerd
- eisen - eiste - geëist
- fascineren - fascineerde - gefascineerd
- foppen - fopte - gefopt
- glunderen - glunderde - geglunderd
- hakkelen - hakkelde - gehakkeld
- inschatten - schatte in - ingeschat
- keuren - keurde - gekeurd
- kicken op - kickte - gekickt
- kleineren - kleineerde - gekleineerd
- negeren - negeerde - genegeerd
- ondervinden - ondervond - ondervonden
- ontroeren - ontroerde - ontroerd
- opborrelen - borrelde op - opgeborreld (idee/plan)
- opstappen - stapte op - opgestapt (weggaan)
- pakken - pakte - gepakt (indruk maken)
- sidderen - sidderde - gesidderd
- smeken - smeekt - gesmeekt
- stoken - stookte - gestookt
- teren op - teerde - geteerd
- trachten - trachtte - getracht (proberen)
- uitdrukken - drukte uit - uitgedrukt
- vermoeden - vermoedde - vermoed
- verwisselen - verwisselde - verwisseld
- wegkruipen - kroop weg - weggekropen
- wijken voor - week - geweken
- zich concentreren - concentreerde - geconcentreerd
- zich hechten aan - hechtte - gehecht
- zich onderscheiden door - onderscheidde - onderscheiden
- zich richten tot - richtte - gericht
- zich terugtrekken in - trok terug - teruggetrokken
- zich uiten - uitte - geuit
- zich vertonen - vertoonde - vertoond
- zwijmelen - zwijmelde - gezwijmeld
- achterdochtig
- alert
- beduusd
- behoedzaam
- bekakt
- beschaafd]
- ervaren (met veel ervaring)
- furieus
- goedgehumeurd
- krampachtig
- onderdanig
- onhandig
- onverstandig
- parmantig
- resoluut
- solidair
- tegendraads
- uitbundig
- vastberaden
- veeleisend
- vermoedelijk
- verwaand
- verzadigd
- vlijtig
- voldaan
- wantrouwig
- wijsneuzig
- zelfverzekerd
- begrip hebben voor
- bestand zijn tegen
- de indruk wekken
- de show stelen
- een beeld geven van
- een weerwoord geven
- er niet over uit kunnen
- ergens verantwoordelijk voor zijn
- herinneringen oproepen
- het voor iemand opnemen
- iets behouden
- iets inzien
- iets op zich nemen
- iets uitslaan (zeggen)
- iets zat zijn
- in de lach schieten
- in staat zijn
- in verlegenheid brengen
- invloed hebben op
- je blik afwenden
- je dag niet hebben
- je ergens aan houden
- je neus ergens insteken
- je ogen niet geloven
- je woord houden
- kans lopen op
- medelijden opwekken
- oproepen van gevoel
- opzien tegen iets
- te hulp komen
- te ver gaan
- terugkomen op
- tot ergernis zijn
- tot vreugde zijn
- uit boosheid
- van streek raken
- weg zijn van
- wraak nemen
- zich bewust zijn van
Geld en winkelen
- de aalmoes
- de achterstand (geld)
- de bazaar
- de bedelaar
- de begroting
- de belasting
- de berekening
- de beurs (portemonnee)
- de bezitting
- de bijdrage
- de boetiek
- de detailhandel
- de donateur
- de donatie
- de edelsteen
- de geachte waarde
- de handeling
- de inzet
- de jaarmarkt
- de keten
- de lening
- de nota - nota's
- de onkosten
- de opbrengst
- de opening
- de premie
- de rente
- de sluiting
- de transactie
- de vlooienmarkt
- de vondst
- de welvaart
- de zegel
- het bladgoud
- het casino - casino's
- het eigendom
- het fiche
- het garantiebewijs
- het goede doel
- het kapitaal
- het magazijn
- het overschot
- het prijskaartje
- het restant
- het saldo - saldo's - saldi
- het tekort
- het verzamelinkomen
- afstaan - stond af - afgestaan
- bemachtigen - bemachtigde - bemachtigd
- beschikken over - beschikte - beschikt
- doneren - doneerde - gedoneerd
- exporteren - exporteerde - geëxporteerd
- gokken - gokte - gegokt
- grissen - griste - gegrist
- hamsteren - hamsterde - gehamsterd
- importeren - importeerde - geïmporteerd
- inventariseren - inventariseerde - geïnventariseerd
- inzetten - zette in - ingezet
- opbrengen - bracht op - opgebracht
- opleveren - leverde op - opgeleverd
- overhouden - hield over - overgehouden
- profiteren van - profiteerde - geprofiteerd
- reserveren - reserveerde - gereserveerd
- resteren - resteerde - geresteerd (overblijven)
- schelen - scheelde - gescheeld
- spenderen - spendeerde - gespendeerd
- terugkrijgen - kreeg terug - teruggekregen
- verhandelen - verhandelde - verhandeld
- zich abonneren op - abonneerde - geabonneerd
- economisch
- klantvriendelijk
- spotgoedkoop
- verguld
- geld inleggen
- geld overmaken
- geld speelt geen rol
- handel drijven
- handelen in iets
- iemand op kosten jagen
- iemand voorzien van
- in omloop brengen
- in prijs stijgen
- op de markt brengen
- op een houtje bijten
- rood staan
Geloof
- de abdij
- de aflaat
- de biecht
- de christen
- de dominee - domina
- de doopnaam
- de godsdienstvrijheid
- de heiden
- de kansel
- de naastenliefde
- de paus
- de peetoom
- de peetouders
- de peettante
- de preekstoel
- de protestant
- het petekind
- aanbidden - aanbad - aanbeden
- biechten -biechtte - gebiecht
- dopen - doopte - gedoopt
- Nederlands hervormd
- protestant
- rooms-katholiek
Informatie
- de basis (uitgangspunt)
- de bijdrage (hulp)
- de consequentie
- de hoofdzaak
- de initialen
- de karakterschets
- de omstandigheid - omstandigheden
- de ontwikkeling
- de oorsprong
- de overweging
- de paraaf
- de speerpunt
- de tolk
- de/het risico - risico's
- het alternatief
- het aspect
- het belang
- het detail
- het effect
- het geval (toestand)
- het motief (reden)
- het ontstaan
- het overzicht
- het proces
- het signaal (teken)
- het struikelblok
- aanhoren - hoorde aan - aangehoord
- aannemen - nam aan - aangenomen (geloven)
- achterhalen - achterhaalde - achterhaald
- adviseren - adviseerde - geadviseerd
- associëren - associeerde - geassocieerd
- beredeneren - beredeneerde - beredeneerd
- beschouwen - beschouwde - beschouwd (opvatten)
- beseffen - besefte - beseft
- betreffen - betrof - betroffen
- bevestigen - bevestigde - bevestigd
- bevorderen - bevorderde - bevorderd
- dienen - diende - gediend (moeten)
- ervaren - ervoer - ervaren
- leiden tot - leidde - geleid
- meedelen - deelde mee - meegedeeld
- meetellen - telde mee - meegeteld
- neuzen - neusde - geneusd (rondkijken)
- omvatten - omvatte - omvat
- opnemen in - nam op - opgenomen
- overgaan op - ging over - overgegaan
- prepareren - prepareerde - geprepareerd
- raadplegen - raadpleegde - geraadpleegd
- samenstellen - stelde samen - samengesteld
- schijnen - scheen - geschenen (lijken te zijn)
- seinen - seinde - geseind
- selecteren - selecteerde - geselecteerd
- signaleren - signaleerde - gesignaleerd
- terugdraaien - draaide terug - teruggedraaid
- toelichten - lichtte toe - toegelicht
- toepassen - paste toe - toegepast
- uitlopen op - liep uit - uitgelopen
- vastleggen - legde vast - vastgelegd
- vaststaan - stond vast - vastgestaan
- vaststellen - stelde vast - vastgesteld
- vastzetten - zette vast - vastgezet
- verbreken - verbrak - verbroken
- vergaren - vergaarde - vergaard
- vermijden - vermeed - vermeden
- vertalen - vertaalde - vertaald
- vervullen - vervulde - vervuld
- verwijzen naar - verwees - verwezen
- vlotten - vlotte - gevlot
- voorkomen - kwam voor - voorgekomen (er zijn)
- voorleggen - legde voor - voorgelegd
- bij twijfel
- de voorziening
- ervoor uittrekken
- gericht zijn op
- het belang inzien van
- het uitgangspunt
- iets aanduiden
- iets ergens uit opmaken
- iets voorbereiden
- in aanmerking komen
- mee laten wegen
- staan voor
- te binnen schieten
- te doen zijn om
- tot stand komen
- van toepassing zijn
- zich in iets verdiepen
Kunst
- de afsnijding
- de bijzonderheid
- de bouwkunst
- de conservator
- de criticus - critici
- de dichtregel
- de dichtvorm
- de diepte (perspectief)
- de essentie
- de expositie
- de graffiti
- de haiku - haiku's
- de illustratie
- de illustrator
- de imitatie
- de overlapping
- de poëet
- de poëzie
- de prent
- de rage
- de verzamelaar
- het atelier
- het attribuut
- het boegbeeld (schip)
- het fresco - fresco's - fresci
- het gepriegel
- het houtsnijwerk
- het meesterwerk
- het object
- het perspectief
- groeperen - groepeerde - gegroepeerd
- inspireren - inspireerde - geïnspireerd
- opkomen - kwam op - opgekomen
- poseren - poseerde - geposeerd
- schetsen - schetste - geschetst
- weergeven - gaf weer - weergegeven
- denkbeeldig
- de vrije loop laten
- een verzameling aanleggen
- onder woorden brengen
Lastige woorden
- het uiterste
- aangezien
- achtereenvolgens
- afhankelijk
- alledaags
- alledag
- allesbehalve
- andermans
- centraal
- circa
- contra
- daarentegen
- desnoods
- dikwijls
- ditmaal
- doordat
- elders
- ertegen
- essentieel
- evenals
- geenszins
- gelet op
- gelijknamig
- geregeld
- gezien
- grondig
- grotendeels
- herhaaldelijk
- hoofdzakelijk
- hoogstens
- hooguit
- immer
- ineen
- nadrukkelijk
- onafhankelijk
- ongetwijfeld
- op zich
- openbaar
- openlijk
- praktisch
- primair
- pro
- rechtstreeks
- tevergeefs
- vanwege
- voornamelijk
- waaronder
- zowaar
- al met al
- als het ware
- betrekking hebben op
- bij wijze van
- door middel van
- een en al
- et cetera
- gepaard gaan met
- in de eerste plaats ?, in de tweede plaats ?
- in de regel
- in eerste instantie
- in grote lijnen
- in het bijzonder
- in sterke mate
- in werkelijkheid
- met name
- min of meer
- onder meer
- op grond van
- over het algemeen
- per se
- ten hoogste
- ten minste
- ten opzichte van
- ter gelegenheid van
- zo min mogelijk
- zowel ? als ?
Lichaam en gezond
- de ader
- de asbak
- de baarmoeder
- de begeleider - begeleidster
- de beperking
- de bevalling
- de bijwerking
- de bloeddruk
- de bloedsomloop
- de bloeduitstorting
- de borstvoeding
- de complicatie
- de contactlens
- de couveuse
- de deskundige
- de diarree
- de eetstoornis
- de eicel
- de flesvoeding
- de foetus
- de hartslag
- de hersenschudding
- de hulpverlener
- de hulpverlening
- de hygiëne
- de injectie
- de iris
- de kanker
- de keizersnede
- de knie - knieën
- de knobbel
- de ledematen
- de lens
- de levensbehoefte
- de lichaamsverzorging
- de massage
- de navelstreng
- de obsessie
- de oksel
- de opticien
- de peuk
- de pincet
- de porie - poriën
- de remedie
- de shag
- de sigaar
- de sigaret
- de slaap (zijkant gezicht)
- de smaakpapil
- de spijsvertering
- de stemband
- de stikstof
- de tabak
- de traanbuis
- de transpiratie
- de verloskundige
- de vroedvrouw
- de weerstand
- de zaadcel
- de/het cholesterol
- het embryo - embryo's
- het geslacht
- het gewricht
- het hoornvlies
- het netvlies
- het ongeval
- het oogwit
- het orgaan
- het SOS-bericht
- het speeksel
- het spijsverteringskanaal
- het trommelvlies
- het weefsel
- het zintuig
- het zuurstofgebrek
- baren - baarde - gebaard
- behandelen - behandelde - behandeld (arts)
- bevallen - beviel - bevallen
- hallucineren - hallucineerde - gehallucineerd
- knikkebollen - knikkebolde - geknikkebold (slaap)
- meeroken - rookte mee - meegerookt
- roken - rookte - gerookt
- steriliseren - steriliseerde - gesteriliseerd
- tasten - tastte - getast (aanraken)
- transpireren - transpireerde - getranspireerd
- uitzieken - ziekte uit - uitgeziekt
- verdoven - verdoofde - verdoofd
- verstuiken - verstuikte - verstuikt
- waarnemen - nam waar - waargenomen
- zogen - zoogde - gezoogd
- erfelijk
- gespierd
- hardnekkig
- hygiënisch
- inwendig
- medisch
- meervoudig gehandicapt
- nuchter (niet gegeten)
- ondervoed
- operatief
- stom (niet kunnen praten)
- uitwendig
- verstandelijk gehandicapt
- visueel gehandicapt
- bij bewustzijn zijn
- in leven zijn
- in nood verkeren
- klam aanvoelen
- onder behandeling zijn
- zijn behoefte doen
Maken en materialen
- de aannemer
- de afwerking
- de assemblage
- de beitel
- de bekleding
- de boogbrug
- de bouw (bedrijfstak)
- de cementmolen
- de constructie
- de cv-installatie
- de decoratie
- de duimstok
- de figuurzaag
- de fundering
- de garantie
- de gebruiker
- de gietvorm
- de houtskool
- de ijzererts
- de indeling
- de inkeping
- de installateur
- de isolatie
- de laag
- de lekkage
- de loodgieter
- de maatstaf
- de maquette
- de miniatuur
- de montage
- de monteur
- de nijptang
- de ontploffing
- de ontwerper
- de productielijn
- de steiger
- de tegelzetter
- de thermostaat
- de vakman
- de verbouwing
- de verwarmingsketel
- de vouwlijn
- de warmtegeleiding
- de warmtestraling
- de warmtestroming
- de werking
- de/het triplex
- het bouwpakket
- het brons
- het design
- het eindproduct
- het eindresultaat
- het element (onderdeel)
- het gruis
- het halffabricaat
- het ijzergaren
- het isolatiemateriaal
- het kristal
- het mankement
- het ontwerp
- het piepschuim
- het poeder
- het scharnier
- het type (soort)
- het voorschrift
- het weefgetouw
- aandrukken - drukte aan - aangedrukt
- aanleggen - legde aan - aangelegd
- afhakken - hakte af - afgehakt
- betegelen - betegelde - betegeld
- bewerken - bewerkte - bewerkt
- construeren - construeerde - geconstrueerd
- dichtbinden met - bonddicht - dichtgebonden
- fabriceren - fabriceerde - gefabriceerd
- graveren - graveerde - gegraveerd
- heien - heide - geheid
- isoleren - isoleerde - geïsoleerd
- kerven - kerfde - gekerfd
- lassen - laste - gelast
- markeren - markeerde - gemarkeerd
- monteren - monteerde - gemonteerd
- ontwerpen - ontwierp - ontworpen
- ontwikkelen - ontwikkelde - ontwikkeld
- produceren - produceerde - geproduceerd
- rangschikken - rangschikte - gerangschikt
- samenpersen - perste samen - samengeperst
- solderen - soldeerde - gesoldeerd
- spijkeren - spijkerde - gespijkerd
- splijten - spleet - gespleten
- stoppen - stopte - gestopt (dichtmaken)
- uithollen - holde uit - uitgehold
- uitwerken - werkte uit - uitgewerkt
- variëren - varieerde - gevarieerd
- vervaardigen - vervaardigde - vervaardigd
- verzetten - verzette - verzet
- voltooien - voltooide - voltooid
- vormgeven - gaf vorm - vormgegeven
- wrikken - wrikte - gewrikt
- wringen - wrong - gewrongen
- driehoekig
- eenvormig
- gammel
- machinaal
- materieel
- ruw (oneffen)
- stapelbaar
- steenachtig
- strak (zonder versiering)
- synthetisch
- iets ergens omheen winden
- in productie nemen
- uit de grond stampen
- verwerken tot iets
Media
- de aankondiging
- de aflevering
- de afwisseling
- de blikvanger
- de brochure
- de cameraman - cameravrouw
- de close-up
- de doelgroep
- de geluidstechnicus
- de komiek
- de monitor
- de nasynchronisatie
- de omroep
- de omroeper - omroepster
- de ondertiteling
- de radiozender
- de regisseur - regisseuse
- de repetitie
- de slogan
- de spelshow
- de talkshow
- de televisiecamera
- het decor
- het draaiboek
- het fragment
- het huis-aan-huisblad
- het jongerenprogramma
- inzoomen - zoomde in - ingezoomd
- projecteren - projecteerde - geprojecteerd
- regisseren - regisseerde - geregisseerd
- repeteren - repeteerde - gerepeteerd
- verfilmen - verfilmde - verfilmd
- een blik werpen op
- een interview afnemen
- in beeld komen
- in het oog springen
Meten en wegen
- de overvloed
- de partij
- de stilstand
- de teug
- het bereik
- het duo
- het exemplaar
- het gebrek
- het individu
- het trio - trio's
- afnemen - nam af - afgenomen
- bevatten - bevatte - bevat (inhoud)
- minderen - minderde -geminderd
- teruglopen - liep terug - teruggelopen
- toenemen - nam toe - toegenomen
- verdubbelen - verdubbelde - verdubbeld
- verminderen - verminderde - verminderd
- enkelvoudig
- ettelijke
- individueel
- massaal
- meervoudig
- overig
- overtollig
Milieu
- de bio-industrie
- de biologische landbouw
- de elektrische stroom
- de fossiele brandstoffen
- de hoogoven
- de lichte industrie
- de overproductie
- de verontreiniging
- de zware industrie
- het bestrijdingsmiddel
- het natuurproduct
- verdelgen - verdelgde - verdelgd
- vergiftigen - vergiftigde - vergiftigd
- vernietigen - vernietigde - vernietigd
- verontreinigen - verontreinigde - verontreinigd
- chemisch
- ecologisch
- natuurlijk
Muziek en geluid
- de geluidsgolf
- de klankkast
- de luisteraar
- de musical
- de overlast
- de platenmaatschappij
- de solo - solo's - soli
- de soundtrack
- het blaasinstrument
- het duet
- het slaginstrument
- het snaarinstrument
- dempen - dempte - gedempt
- luidruchtig
Natuur
- de bergketen
- de bies(oevergewas)
- de biotoop
- de compost
- de erosie
- de gemengde rivier
- de hoogvlakte
- de meeldraad
- de mergel
- de nectar
- de oase
- de regenrivier
- de rivierbedding
- de stamper
- de subtropen
- de verwering
- de voedingsbodem
- de waterkracht
- het cultuurlandschap
- het hogedrukgebied
- het hoogland
- het klif
- het klimaatgebied
- het kustgebied
- het laagland
- het lagedrukgebied
- het plankton
- het reliëf
- het schiereiland
- het stuifmeel
- delven - dolf / delfde - gedolven
- vergaan - verging - vergaan
- heuvelachtig
- landinwaarts
- onder de blote hemel
- uit de grond schieten
Omgang
- de bedreiging
- de manieren
- de suggestie
- de woordenwisseling
- het respect
- aangeven - gaf aan - aangegeven (laten weten)
- aanpraten - praatte aan - aangepraat
- achterstellen - stelde achter -achtergesteld
- afhelpen van - hielp af - afgeholpen
- afraden- raadde af - afgeraden
- bedreigen - bedreigde - bedreigd
- begluren - begluurde - begluurd
- beledigen - beledigde - beledigd
- complimenteren - complimenteerde - gecomplimenteerd
- herenigen - herenigde - herenigd
- hinderen - hinderde - gehinderd
- influisteren - fluisterde in - ingefluisterd
- ingrijpen - greep in - ingegrepen
- inspelen op - speelde in - ingespeeld
- minachten - minachtte - geminacht
- ontaarden - ontaardde - ontaard
- prijzen - prees - geprezen
- respecteren - respecteerde - gerespecteerd
- uitbuiten - buitte uit - uitgebuit
- verzoeken - verzocht - verzocht
- zich aansluiten bij - sloot aan - aangesloten
- zich voegen bij - voegde - gevoegd
- een hechte band hebben
- iemand aanpakken
- iemand aanzetten tot
- iemand de deur wijzen
- iemand erbij halen
- iemand iets aandoen
- iemand iets bijbrengen
- iemand iets verwijten
- iemand met iets overvallen
- iets ontlopen / iemand ontlopen
- iets doornemen
- iets doorspreken
- iets over hebben voor
- optrekken met iemand
- over iemand waken
- voor iemand klaarstaan
Richting
- het binnenste
- het buitenste
- grenzen aan - grensde - gegrensd
- binnenin
- tegenop
- aan weerszijden
- op de voorgrond
Richting
School
Sprookjes
Tijd
Uiterlijk
Uitvinden
Vermaak
Vervoer
Vroeger
Wat vinden we ervan?
Water
Werken en Beroepen
- de aanwezigheid
- de absentie
- de afwijzing
- de arbeidsverdeling
- de bijeenkomst
- de compagnon
- de dienstverlening
- de eenmanszaak
- de kandidaat
- de kinderopvang
- de leegloop
- de mechanisatie
- de medewerking
- de onderverdeling
- de oprichting
- de rolverdeling
- de samenvoeging
- de sollicitant
- de sollicitatiebrief
- de uitzendkracht
- de vacature
- de verplichting
- het beheer
- het contract
- het corvee
- het curriculum vitae (cv)
- het ontslag
- het pensioen
- het sollicitatiegesprek
- het uitzendbureau
- het verlof
- aannemen - nam aan - aangenomen
- afwijzen - wees af - afgewezen
- assisteren - assisteerde - geassisteerd
- bijwonen - woonde bij - bijgewoond
- oprichten - richtte op - opgericht
- presteren - presteerde - gepresteerd
- solliciteren - solliciteerde - gesolliciteerd
- zich verzamelen - verzamelde - verzameld
- beschikbaar
- aangenomen worden
- actief zijn in
- afgewezen worden
- deel uitmaken van
- leiding geven aan
- te werk gaan
Wonen
- de airconditioning
- de balustrade
- de bebouwing
- de begane grond
- de circulatie
- de entree
- de huisvesting
- de leefgemeenschap
- de luchtstroom
- de plaid
- de rugleuning
- de stortbak (wc)
- de ventilatie
- de ventilator
- de verblijfplaats
- de/het bidet
- het appartementencomplex
- het bordes
- het frutsel
- het gehucht
- het interieur
- het meubilair
- het onderkomen
- het perceel
- het urinoir
- betreden - betrad - betreden
- binnenhalen - haalde binnen - binnengehaald
- luchten - luchtte - gelucht
- ventileren - ventileerde - geventileerd
- verblijven in - verbleef - verbleven
- ruimte beslaan
- zijn intrede doen