WAK:Groep8: verschil tussen versies

Uit woorden.wiki.kennisnet.nl
Ga naar:navigatie, zoeken
Regel 427: Regel 427:
  
 
==Gedrag en gevoelens==
 
==Gedrag en gevoelens==
de aanbidder
+
* de [[aanbidder]]
de aard
+
* de [[aard]]
de aarzeling
+
* de [[aarzeling]]
de afkeer
+
* de [[afkeer]]
de afschuw
+
* de [[afschuw]]
de blunder
+
* de [[blunder]]
de booswicht
+
* de [[booswicht]]
de charme
+
* de [[charme]]
de drang
+
* de [[drang]]
de etiquette
+
* de [[etiquette]]
de extase
+
* de [[extase]]
de faalangst
+
* de [[faalangst]]
de frats
+
* de [[frats]]
de frustratie
+
* de [[frustratie]]
de gewaarwording
+
* de [[gewaarwording]]
de grimas
+
* de [[grimas]]
de grol
+
* de [[grol]]
de hoogmoed
+
* de [[hoogmoed]]
de interesse
+
* de [[interesse]]
de intuïtie
+
* de [[intuïtie]]
de kwakzalver
+
* de [[kwakzalver]]
de levenslust
+
* de [[levenslust]]
de meeloper
+
* de [[meeloper]]
de mentaliteit
+
* de [[mentaliteit]]
de moraal
+
* de [[moraal]]
de passie
+
* de [[[passie]]
de reputatie
+
* de [[reputatie]]
de schattebout
+
* de [[schattebout]]
de slapjanus
+
* de [[slapjanus]]
de tegenspraak
+
* de [[tegenspraak]]
de tevredenheid
+
* de [[tevredenheid]]
de uitdaging
+
* de [[uitdaging]]
de verzadiging
+
* de [[verzadiging]]
de voorstelling (idee)
+
* de [[voorstelling]] (idee)
de wrijving (weerstand)
+
* de [[wrijving]] (weerstand)
de zienswijze
+
* de [[[zienswijze]]
het aanzien
+
* het [[aanzien]]
het gebrek
+
* het [[gebrek]]
het genot
+
* het [[genot]]
het gerucht
+
* het [[gerucht]]
het huisarrest
+
* het [[huisarrest]]
 
het ideaal
 
het ideaal
 
het imago
 
het imago

Versie van 27 jun 2012 om 18:48

Verzameling van de Wakwoorden op thema en groep. Terug naar portaal Vierwindstreken klik hier

Bestuur en gezag

Bewegen, sport en spel

Dieren

Eten en drinken


Familie en vrienden

Figuurlijk taalgebruik

Gedrag en gevoelens

het ideaal het imago het kattenkwaad het levensverhaal het minderwaardigheidscomplex het misverstand het motto het profijt het schouderklopje het sentiment het streven het zelfvertrouwen aanslaan - sloeg aan - aangeslagen (succes) aarzelen - aarzelde - geaarzeld bedwingen - bedwong - bedwongen begeren - begeerde - begeerd benutten - benutte - benut berusten - berustte - berust betuttelen - betuttelde - betutteld betwijfelen - betwijfelde - betwijfeld bevallen - beviel - bevallen (aanspreken) bluffen - blufte - gebluft commanderen - commandeerde - gecommandeerd deugen - deugde - gedeugd doorworstelen - worstelde door - doorgeworsteld gniffelen - gniffelde - gegniffeld haperen - haperde - gehaperd hunkeren - hunkerde - gehunkerd imiteren - imiteerde - geïmiteerd improviseren - improviseerde - geïmproviseerd intimideren - intimideerde - geïntimideerd intomen - toomde in - ingetoomd kalmeren - kalmeerde - gekalmeerd koesteren - koesterde - gekoesterd manipuleren - manipuleerde - gemanipuleerd mijmeren - mijmerde - gemijmerd natrappen - trapte na - nagetrapt onderdrukken - onderdrukte - onderdrukt ontkennen - ontkende - ontkend opperen - opperde - geopperd piekeren - piekerde - gepiekerd pochen - pochte - gepocht (opscheppen ) popelen - popelde - gepopeld reflecteren - reflecteerde - gereflecteerd riskeren - riskeerde - geriskeerd snakken naar - snakte - gesnakt spijten - speet - gespeten stilstaan bij - stond stil - stilgestaan stimuleren - stimuleerde - gestimuleerd stressen - streste - gestrest sussen - suste - gesust terugdeinzen - deinsde terug - teruggedeinsd toebijten - beet toe - toegebeten trotseren - trotseerde - getrotseerd uitvogelen - vogelde uit - uitgevogeld veraangenamen - veraangenaamde - veraangenaamd verafschuwen - verafschuwde - verafschuwd verhinderen - verhinderde - verhinderd verhullen - verhulde - verhuld verkeren - verkeerde - verkeerd verkiezen boven - verkoos - verkozen verkondigen - verkondigde - verkondigd vernemen - vernam - vernomen veronderstellen - veronderstelde - verondersteld vertederen - vertederde - vertederd verzuchten - verzuchtte - verzucht voldoen aan - voldeed - voldaan waarderen - waardeerde - gewaardeerd wegkwijnen - kwijnde weg - weggekwijnd wenen - weende - geweend wijten aan - weet - geweten wreken - wreekte - gewroken zich bedwingen - bedwong - bedwongen zich blootgeven - gaf bloot - blootgegeven zich inleven - leefde in - ingeleefd zich onderwerpen - onderwierp - onderworpen zich ontplooien - ontplooide - ontplooid zich ontwikkelen - ontwikkelde - ontwikkeld zich opwinden - wond op - opgewonden zich oriënteren - oriënteerde - georiënteerd zich realiseren - realiseerde - gerealiseerd zich voordoen als - deed voor - voorgedaan zich voornemen - nam voor - voorgenomen zweren - zwoer - gezworen aangedaan aanstaan argeloos arrogant bedachtzaam beminnen boosaardig chaotisch dominant egoïstisch ellendig emotioneel fanatiek ferm fier frustrerend gadeslaan geremd goedgelovig hooghartig intuïtief moedeloos onbekommerd onbewust ontroostbaar ontzet opstandig optimistisch pessimistisch schuchter sensitief sluw sociaal teder verbouwereerd volgzaam vrijwillig waarderen weemoedig zelfbewust afhankelijk zijn van apetrots zijn bereid zijn om bespreekbaar maken buiten zichzelf zijn van de neiging hebben om een aversie hebben tegen ernaar uitzien ertegenop zien het natuurtalent iemand nafluiten iemand niet zien staan iets aangenaam vinden iets appreciëren iets doorstaan iets laten iets onaangenaam vinden in de maling nemen in de verleiding komen in twijfel trekken je ergens een voorstelling van maken onthand zijn over zijn kant laten gaan radeloos zijn te doen hebben met te wensen overlaten ten einde raad zijn verwachtingen wekken verzot zijn op vooruitgang boeken vragen op iemand afvuren weerstand bieden zich aangetrokken voelen tot zich ergens in verdiepen zich erkend voelen zich geen raad weten zich geprezen voelen zich gewaardeerd voelen zich iets voornemen zich laten beheersen door zich laten verleiden tot zich minderwaardig voelen zich op iets toeleggen zich vernederd voelen zijn ogen afwenden

Geld en winkelen

de aanwinst de accijns de afbetaling de barcode de beurs (economie) de btw de cheque de deurwaarder de emballage de exporteur de habbekrats de handelsvoorwaarde de inflatie de investering de kostprijs de kwijtschelding de kwitantie de marktleider de obligatie de offerte de oplichter de opslagruimte de recessie de richtprijs de weldoener de wereldhandel het aandeel het archief het dossier het incasso - incasso's het krediet het tarief het testament aanvullen - vulde aan - aangevuld afbetalen - betaalde af - afbetaald afdingen - dong af - afgedongen beleggen - belegde - belegd bezuinigen - bezuinigde - bezuinigd erven - erfde - geërfd flessen - fleste - geflest (oplichten) garanderen - garandeerde - gegarandeerd investeren - investeerde - geïnvesteerd oplichten - lichtte op - opgelicht overschrijden - overschreed - overschreden toebedelen - bedeelde toe - toebedeeld toebehoren aan - behoorde toe - toebehoord veroorloven - veroorloofde - veroorloofd financieel rendabel verkrijgbaar een bestelling plaatsen een gebrek hebben aan in je onderhoud voorzien materieel ingesteld zijn .

Geloof

de bedevaart de bezwering de hervormer de onheilswens de opperpriester de profeet de talisman de vloek de zendeling de ziel het evangelie - evangelies - evangeliën het kwaad zegenen - zegende - gezegend zich bekeren - bekeerde - bekeerd heilig een godsdienst belijden .

Informatie

de aanvulling de bekentenis de bewering de bijkomstigheid de bijzaak de categorie - categorieën de chaos de faciliteit de hint de hoofdlijn de illusie de interruptie de manoeuvre de mengelmoes de nonsens de omschrijving de ontknoping de optie de opvatting de relatie (verband) de schakel (verbinding) de stagnatie de strategie de toevalstreffer de uiteenzetting de valkuil de voltreffer de voorwaarde de wartaal het aandachtspunt het abracadabra het complot het criterium het geroezemoes het origineel (eerste versie) het perspectief (zienswijze) het sneeuwbaleffect het tafereel het voorval aanduiden - duidde aan - aangeduid aantonen - toonde aan - aangetoond bekennen - bekende - bekend beperken tot - beperkte - beperkt beweren - beweerde - beweerd combineren - combineerde - gecombineerd doorspitten - spitte door - doorgespit inhouden - hield in - ingehouden inkorten - korte in - ingekort kampen met - kampte - gekampt koppelen aan - koppelde - gekoppeld (verbinden) onderbouwen - onderbouwde - onderbouwd ontfutselen - ontfutselde - ontfutseld ontmaskeren - ontmaskerde - ontmaskerd ontwarren - ontwarde - ontward opbiechten - biechtte op - opgebiecht stuiten op - stuitte - gestuit toekomen aan - kwam toe - toegekomen uitgaan van - ging uit - uitgegaan uitmonden in - mondde uit - uitgemond uitstippelen - stippelde uit - uitgestippeld verbinden aan - verbond - verbonden aan bod komen aan de orde komen een ontwijkend antwoord iets belichten iets ondernemen in relatie tot elkaar staan inspiratie opdoen ter sprake komen verwant aan .

Lastige woorden

de pers * registreren - registreer - geregistreerd * aanvankelijk aldus alhoewel allerhande allerminst alsmede alsnog althans alvorens anti- authentiek à (ongeveer) betrekkelijk boordevol bovendien definitief desalniettemin desondanks doch doorgaans eensgezind eigenlijke evenmin evenwel exclusief frequent gemengd gering idem incidenteel inclusief indien klaarblijkelijk mateloos mede meerduidig mits mondjesmaat naarmate naast (behalve) nagenoeg namens nauwgezet noch objectief ofschoon oftewel onbepaald onderling oneindig opdat overigens permanent pro- respectievelijk ruimschoots ruwweg schijnbaar selectief semi- specifiek subjectief talloos talrijk tenzij terloops tevens thans uitsluitend vanwaar veelal veelvuldig verscheidene versus voorlaatst waarnaar wederom wederzijds wegens weliswaar wellicht zoal zodanig afgezien van bij benadering bij nader inzien des te een of ander(e) enerzijds ? anderzijds ? iets dergelijks in de praktijk in principe in theorie met ? en al nota bene om en nabij op het gebied van overeenkomstig met samenhangen met ter plekke ter wille van van origine wel degelijk .

Lichaam en gezondheid

de pers * registreren - registreer - geregistreerd * aanvankelijk aldus alhoewel allerhande allerminst alsmede alsnog althans alvorens anti- authentiek à (ongeveer) betrekkelijk boordevol bovendien definitief desalniettemin desondanks doch doorgaans eensgezind eigenlijke evenmin evenwel exclusief frequent gemengd gering idem incidenteel inclusief indien klaarblijkelijk mateloos mede meerduidig mits mondjesmaat naarmate naast (behalve) nagenoeg namens nauwgezet noch objectief ofschoon oftewel onbepaald onderling oneindig opdat overigens permanent pro- respectievelijk ruimschoots ruwweg schijnbaar selectief semi- specifiek subjectief talloos talrijk tenzij terloops tevens thans uitsluitend vanwaar veelal veelvuldig verscheidene versus voorlaatst waarnaar wederom wederzijds wegens weliswaar wellicht zoal zodanig afgezien van bij benadering bij nader inzien des te een of ander(e) enerzijds ? anderzijds ? iets dergelijks in de praktijk in principe in theorie met ? en al nota bene om en nabij op het gebied van overeenkomstig met samenhangen met ter plekke ter wille van van origine wel degelijk .

Maken en materialen

de aanleg de aanvoer de aardolie de adapter de beits de chemie de cilinder de dieselolie de elektronen de erts de fitting de generator de handgreep de hefboom de hoogspanning de levensduur (gebruik) de mijn de mijnbouw de moer de pool (magneet) de processor de renovatie de robot de robotarm de sensor de stompe hoek de structuur de technicus - technica - technici de toevoeging de versnelling de vertraging de volt de voorloper de watt het aardgas het booreiland het gemaal het lipje het natuursteen het schaalmodel het systeem afschermen - schermde af - afgeschermd afstellen - stelde af - afgesteld bezwijken - bezweek - bezweken creëren - creëerde - gecreëerd instaleren - installeerde - geïnstalleerd omzetten in - zette om - omgezet opwekken - wekte op - opgewekt restaureren - restaureerde - gerestaureerd slijten - sleet - gesleten stagneren - stagneerde - gestagneerd uitschakelen - schakelde uit - uitgeschakeld verlengen - verlengde - verlengd vorderen - vorderde - gevorderd bestaand grafisch industrieel loodrecht mechanisch verweerd de staat waarin iets verkeert een hoek van ? graden vlam vatten .

Media

acteren - acteerde - geacteerd bedrukken - bedrukte - bedrukt de advertentie de amateur de auditie de auteur de autobiografie de column de context de correspondent de deadline de drukkerij de editie de figurant - figurante de grimeur de inzending de jury - jury's de karikatuur de kopij de lay-out de marge (witte rand) de marketing de media de mimespeler de mond-tot-mondreclame de nominatie de producent de projector de publiciteit de recensie de redacteur - redactrice de redactie de roem de roman de selectie de spatie de tekstverwerking de versie de vormgeving de weergave de witregel grimeren - grimeerde - gegrimeerd herschrijven - herschreef - herschreven het billboard het cabaret het entertainment het item het lettertype het opinieblad het persbericht * het personage het plagiaat het rekwisiet het spektakel kaften - kaftte - gekaft nomineren - nomineerde - genomineerd promoten - promootte - gepromoot (reclame) schrappen - schrapte - geschrapt verhalend wereldberoemd een boek inbinden voor verbetering vatbaar .

Meten en wegen

de doorsnee / doorsnede de formule de omvang de proportie de standaard

de zeemijl het ensemble het formaat het kwadraat het kwartet het kwintet het monster (klein beetje)

gelijkmatig groot

omvangrijk overmatig in groten getale

Milieu

de atoomenergie de bemesting de broeikas de chemicaliën de droogmakerij de duurzame energiebron de gevoelstemperatuur

de grootgrondbezitter

de kernenergie de klimaatverandering de landbouwer de pesticide de subsidie

de zeespiegelstijging

de zonnewarmte het afzetgebied het broeikaseffect het hergebruik het invoerrecht het natuurlijk evenwicht hergebruiken - hergebruikte - hergebruikt ontginnen - ontgon - ontgonnen onttrekken - ontrok - ontrokken

Muziek en geluid

de componist - componiste de decibel de dirigent - dirigente de fagot de harp de hobo - hobo's de klarinet de luit de musicus - musicienne - musici de schouwburg de strijkstok de symfonie - symfonieën de trombone de tuba - tuba's de vleugel (piano) het ensemble het symfonieorkest componeren - componeerde - gecomponeerd overslaan - sloeg over - overgeslagen (stem) schril ten gehore brengen uit volle borst zingen .

Natuur

de aardmantel

de begroeiing de bestuiving

de eclips de fauna de flora

de halfwoestijn de hoofdsoort de ijskap

de mensheid

de poel (water) de trog

de verwoestijning de waterstroom de zandwoestijn het ecosysteem het oerwoud het slib het stekje

het vruchtbeginsel het waterpeil het zaadbeginsel bovengronds ondergronds veraf

Omgang

de aanmerking de aantrekkingskracht de bedenking de dankbetuiging de gesprekspartner de lotgenoot de na-aperij het compromis het meningsverschil aanbevelen - beval aan - aanbevolen aanmerken op - merkte aan - aangemerkt baseren op - baseerde - gebaseerd belemmeren - belemmerde - belemmerd beletten - belette - belet corresponderen met - correspondeerde - gecorrespondeerd doordringen - drong door - doorgedrongen instemmen met - stemde in - ingestemd introduceren - introduceerde - geïntroduceerd omgaan met - ging om - omgegaan onderhandelen - onderhandelde - onderhandeld ophitsen - hitste op - opgehitst opruien - ruide op - opgeruid overeenstemmen - stemde overeen - overeengestemd uitwisselen - wisselde uit - uitgewisseld vallen onder - viel - gevallen (horen bij) vergezellen - vergezelde - vergezeld vernederen - vernederde - vernederd verstaan onder - verstond - verstaan zich bekommeren over/om - bekommerde - bekommerd blijk geven van de strijd aangaan een afkeer van iemand hebben een argument aanvoeren geschikt achten voor gunstig stemmen iemand erbij betrekken iemand erkentelijk zijn iemand in staat stellen iemand op een dwaalspoor brengen iemand opbeuren iemand voordragen op onbegrip stuiten voor vol aanzien .

School

de algemene ontwikkeling de anekdote de aula - aula's de benaming de bronvermelding de brugklas de conrector - conrectrix de correctie de deelvraag de definitie de havo de hoge school de hoger beroeps onderwijs (hbo) de interpunctie de intonatie de marker de mentor - mentrix de monoloog de natuurkunde de ordner de pupil (leerling) de rector - rectrix de redenering de rubriek de scheikunde de term de tweede taal de universiteit de vaardigheid de vreemde taal de wiskunde het atheneum het betoog het citaat het eindexamen het eufemisme het examen het gymnasium het kader het kernwoord het lyceum - lyceums - lycea het middelbaar beroeps onderwijs (mbo) het trefwoord het vak het vmbo het vwo het wetenschappelijk onderwijs afnemen - nam af - afgenomen (toets) articuleren - articuleerde - gearticuleerd beargumenteren - beargumenteerde - beargumenteerd begeleiden - begeleidde - begeleid brainstormen - brainstormde - gebrainstormd evalueren - evalueerde - geëvalueerd instrueren - instrueerde - geïnstrueerd interpreteren - interpreteerde - geïnterpreteerd zich inprenten - prentte in - ingeprent non-verbaal verbaal iets afronden (afmaken) .

Tijd

de aanvang de continuïteit de dagindeling de dagplanning * de planning de realiteit het programma inlassen - laste in - ingelast plannen - plande - gepland aanstonds actueel anno bijtijds destijds geleidelijk jongstleden ogenblikkelijk onlangs prompt recent sporadisch tenauwernood * toekomstig voorafgaand wijlen door het jaar heen een geruime tijd tot voor kort van oudsher .

Uitvinden

de aardse planeet de analyse de astronoom de atmosfeer de automatisering de dampkring de expert de filosoof de hoogleraar de inslag de koers (richting) de komeet de kosmos * de meteoor de meteoriet * de omlooptijd de omwentelingstijd de ruimtesonde de sateliet * de sterrenwacht de telescoop de theorie - theorieën de ufo * de vallende ster de wetenschapper de zwaartekracht het hemellichaam het lichtjaar het planetarium - planetariums - planetaria het radarscherm het ruimtepak * het ruimtestation * het universum het zonnestelsel het zwarte gat * landen - landde - geland * zweven - zweefde - gezweefd * automatisch elektronisch gewichtloos * omhoog - omlaag * theoretisch zwaar - licht * de baan om de aarde de baan om de zon .

Vervoer

de abri - abri's de accu - accu's

de coupé de dienstregeling de doorgang

de infrastructuur

de luchtdruk

de overslag (goederen)

de schokbestendigheid

de turbine de velg

de voortstuwing

het bezoekerscentrum het knooppunt het logboek het LPG (brandstof)

checken - checkte - gecheckt overhellen - helde over - overgeheld stranden - strandde - gestrand tanken - tankte - getankt zwenken - zwenkte - gezwenkt bestuurbaar supersonisch het luchtruim kiezen

Vroeger

de atoombom

de bommenwerper

de Dodenherdenking de Eerste Wereldoorlog de gaskamers

de heerser de hongersnood

de kaper de kaping

de schuilkelder

de vergelding

de wederopbouw

het bombardement

het kernwapen het luchtalarm het pakhuis

bombarderen - bombardeerde - gebombardeerd onderduiken - dook onder - ondergedoken verhongeren - verhongerde - verhongerd Bevrijdingsdag

Wat vinden we ervan?

de bedoening de sleur de verrijking een lachertje het contrast het totaalbeeld aannemelijk aansprekend aanzienlijk abnormaal afgeschreven afgezaagd amusant argwanend begaafd beknopt belabberd belangwekkend benard bijgelovig bizar bondig bot buitenissig complex concreet consequent creatief cruciaal cultureel curieus cynisch daverend degelijk discreet dringend droog (humor) effectief erbarmelijk exotisch expressief extreem fictief finaal formeel foutief gebruikelijk gecompliceerd geestig gematigd gemiddeld geniaal gevat gewild glansrijk glashelder globaal grandioos grenzeloos grillig hecht heftig heimelijk hilarisch honderduit immens imponerend informeel inheems innovatief inspirerend instabiel intact intensief inventief jammerlijk jeugdig kernachtig krakkemikkig krap kundig kunstmatig kwetsbaar langdradig levendig luchtig ludiek lukraak machteloos mega- menselijk middelmatig min (niet genoeg) miniem moeizaam mysterieus naïef netelig neutraal noemenswaardig nonchalant normaal onaangenaam ondoordringbaar ongekend ongeschonden ongunstig onheilspellend onontbeerlijk onontwikkeld onophoudelijk onoverzichtelijk onvermijdelijk onvoorzien onzinnig oppervlakkig optimaal penetrant persoonlijk populair primitief principieel realistisch relatief rijkelijk ruim saai * sceptisch scherpzinnig slaapverwekkend spectaculair speels sportief spraakmakend stabiel subtiel succesvol sullig summier surrealistisch tastbaar tegenstrijdig toepasselijk tragisch transparant triomfantelijk typerend uitermate uitzichtloos uitzonderlijk vanzelfsprekend verantwoord verantwoordelijk vermakelijk vermoeiend vernieuwend vindingrijk vloeiend vooruitstrevend weerzinwekkend welgemeend wezenloos wreed zoetsappig zorgwekkend als vanouds ertoe doen hard aankomen kort en bondig uit de tijd .

Wereldkwesties

de archipel de asielzoeker de basisbehoeften de beeldvorming de belegering de bevolkingsgroei de bevolkingsgroep de blokkade de bondgenoot de burgeroorlog de campagne de capitulatie de collecte de coup de derde wereld de ellende de executie de explosie de federatie de generatie de globalisering de heerschappij de hervorming de hindernis de hongerstaking de integratie de kindsoldaat de kloof de krottenwijk de landmijn de machthebber de mensenrechten de metropool de moedertaal de nederzetting de nomade de onafhankelijkheid de ontwikkelingshulp de patriot de persconferentie de propaganda de racist de radicalisering de razzia - razzia's de rivalen * de sabotage de schaarste de slavernij de sloppenwijk de standaardtaal de status de strijdkracht de veldtocht de verdwijning de victorie de vluchteling de vredesmissie de wereldleider het accent het bestaansminimum het bestand het bondgenootschap het buurland het communisme het conflict het derdewereldland het dialect het geschil het gevangenenkamp het kapitalisme het krot het obstakel het onderscheid het opvangcentrum het racisme het regiem het standpunt het vluchtelingenkamp het voortbestaan confronteren - confronteerde - geconfronteerd deserteren - deserteerde - gedeserteerd evacueren - evacueerde - geëvacueerd kidnappen - kidnapte - gekidnapt martelen - martelde - gemarteld ontvluchten - ontvluchtte - ontvlucht overheersen - overheerste - overheerst sneuvelen - sneuvelde - gesneuveld vallen - viel - gevallen (sneuvelen) werven - wierf - geworven zegevieren - zegevierde - gezegevierd gelijkwaardig kansarm medeverantwoordelijk ongedeerd straatarm tolerant aansprakelijk zijn iemands achtergrond overgeleverd zijn aan ten onder gaan verantwoordelijk voor .

Werken en Beroepen

de administratie de arbeidsovereenkomst de assistentie de beroepstak de bonus de bouwmeester de branche de carrière de cliënt - cliënte de clientèle de commandant de commissie de conferentie de fusie de handwerklieden de inspectie de instantie de leermeester de manager de opslag de overname de participatie de promotie de re-integratie de sector de sponsor de standplaats de taakverdeling de werkloosheid het ambacht het comité het concern het filiaal het instituut aangaan - ging aan - aangegaan (dienstverband) bemiddelen - bemiddelde - bemiddeld functioneren - functioneerde - gefunctioneerd fungeren - fungeerde - gefungeerd fuseren - fuseerde - gefuseerd meedraaien - draaide mee - meegedraaid ondernemen - ondernam - ondernomen sponsoren - sponsorde - gesponsord suggereren - suggereerde - gesuggereerd vertegenwoordigen - vertegenwoordigde - vertegenwoordigd zwoegen - zwoegde - gezwoegd flexibele werktijden * full-time * part time * professioneel zakelijk bevoorrecht zijn carrière maken dienst doen als een onderscheid maken een suggestie doen in dienst zijn van onder leiding staan van .

Wonen

de barak de bestrating de binnenstad de boiler de exit de geiser de nis

de prul

de salon de stedelijke zone de stedeling de tierlantijn de uitbreiding de vestiging de werkgelegenheid de wolkenkrabber

het district het gewest

het porselein het sanitair het stadsdeel het stadsgezicht het zonnepaneel pachten - pachtte - gepacht uitbreiden - breidde uit - uitgebreid binnenshuis buitenshuis stedelijk